Een beetje geldstress maakt het verschil

Zoals je kunt lezen in andere verhalen ben ik ooit begonnen aan een persoonlijke financiële stresstest. In eerste instantie dacht ik dat dit tijdelijk zou zijn. Vervolgens liep het jaren.

Deze maand heb ik er punt achter gezet. Ik ga me er niet meer helemaal door laten begrenzen. Een beetje wel, want ik ben van mening dat het je scherp houdt. Dat ik nu beter weet hoeveel iets kost, wanneer ik puur naar de prijs kijk.

Voordat ik aan die test begon had ik bij sommige zaken niet goed in de gaten hoeveel van mijn inkomen daaraan op zou gaan, puur omdat ik voor een deel niet van mijn inkomen leefde. Nu ging, zoals je kunt lezen in die eerdere verhalen, een hoop van dat geld naar goede doelen. Daar heb ik nog steeds geen spijt van. Desalniettemin realiseer ik me nu wel des te meer hoeveel geld ik daar aan ‘uitgaf’.

Inmiddels, na 2 1/2 jaar, kan ik zeker stellen dat ik tevreden ben met mijn uitgavenpatroon en dat ik dit goed in de hand heb. Ik weet echt waar mijn geld naar toe gaat en sta achter zo’n beetje elke transactie. Ja, het klopt, wanneer een transactie niet naar mijn zin is, kan me dat wel frustreren.

Daarnaast heeft het ook weinig zin voor mij om nog langer uitgebreid te sparen voor zaken, omdat ik weet dat ik op een gegeven moment meer mag gaan betalen voor mijn eigen bijdrage aan het CAK. Aangezien er dan niet bij wordt gehouden wat mijn bijdrage aan het rijk zal zijn en ik geen invloed heb op hoe het besteed kan worden, kan ik beter bedenken waar ik het aan uit zou geven.

Dat vind ik lastiger dan je wellicht zou denken. Ik zeg wel eens:

Geld uitgeven wat je hebt, kan iedereen. Geld zinnig uitgeven kan niet iedereen.

Johan Zijlstra

Geld doneren is vaak zinnig. Ik draag graag mijn steentje bij. Daarom deed ik dat graag. Alleen leef ik wel van een uitkering en blijkbaar is het dan niet gepast om te doneren, omdat je zelf voor een deel een goed doel bent. Los van het feit dat dit effect heeft op mijn gemoedstoestand om een goed doel te zijn, weet ik ook niet zo goed waar ik het geld dan goed aan kan besteden dan op manieren dat ik nu al doe.

Nee, ik geef niet veel geld uit, want ik leef van mijn uitkering. Ik wil een bestedingspatroon dat past bij mijn inkomen, niet bij mijn vermogen. Hieruit vloeit voort dat ik dus meer incidentele uitgaven wil gaan doen. Dat vind ik ook best lastig, want gebruiksvoorwerpen en spullen liggen dan voor de hand. Deze producten mogen dan wellicht geen consumptieartikelen zijn, ze zorgen er wél voor dat mijn ecologische voetafdruk omhoog gaat.

Laatst had ik het idee om een monitor met 2 computers te kopen en mijn huidige iMac terug te verkopen aan mijn leverancier. Ik ben hier om verscheidene redenen niet mee doorgegaan. Het was echter wel een goede grote incidentele uitgave. Alleen door mijn iMac langer te gebruiken kan ik ook beschikken over twee besturingssystemen en mee blijven spelen zonder dat mijn ecologische voetafdruk omhoog gaat.

Natuurlijk kan ik nu wel heel makkelijk zaken vervangen wanneer ze versleten zijn. Zo heb ik laatst een nieuwe jas gekocht, ervoor gezorgd dat mijn nuraphone een vervanger had en momenteel ben ik ermee bezig dat ik een muziek streamer via Marktplaats binnen krijg. Hiermee wil ik muziek én podcasts streamen via de versterker, zoals ik kon voordat ik mijn tv had.

Dat maakt me overigens erg gelukkig. Dat ik alle spullen die ik in mijn bezit heb, makkelijk kan vervangen. Soms is geld daarvoor niet genoeg overigens, want het komt voor dat apparaten niet meer geproduceerd worden, zoals bij die nuraphone het geval is. Hierdoor kon ik het wel weer goedkoper krijgen.

Echte geldstress heb ik dus nog steeds niet. Ik bezuinig zelden op de zaken die ik echt belangrijk vind en nog steeds houd ik geld over. Ik leef en besteed heel bewust. Het helpt ook dat ik weinig geef om statussymbolen, snacks & snoep. Ergens best vreemd, want ik gebruik en geef om Apple apparaten. Later deze avond zal ik ook echt wel genieten van mijn rempejeh. Mocht je mijn voorraadkast open doen, zou je ook niet geloven dat ik weinig snoep.

Natuurlijk weet ik niet hoe lang ik deze levensstijl vol kan houden en hoeveel geld ik af mag gaan dragen aan de overheid. Dat is allemaal nog ongewis en in de toekomst. Ik kan het ook maar deels voorkomen. De vraag is vooral of ik het beter kan besteden. Op het moment dat ik dit type hebben we ‘nog’ een demissionair kabinet en is de formatie niet voltooid. Laat staan dat ik weet wat voor regering we zullen hebben over jaren vanaf nu. Alleen voor de langere termijn plannen vind ik nu eenmaal prettig.

Zijn er wellicht methodes waarmee ik mijn toekomstige zelf goed kan ondersteunen? Er zijn jaren geweest waarin ik meedeed aan crowdfunding projecten via o.a. Kickstarter. De reden dat ik op die website ben gegaan is onder andere een van mijn favoriete gebruiksvoorwerpen: mijn fietsklikkratje. Tegelijkertijd heb ik ook projecten gesteund die minder handige zaken op de markt brachten, maar ik ben nog steeds blij met eeears en mijn nuraphone.

De klassieker waar je gelukkig van wordt wanneer je er geld aan uitgeeft, is natuurlijk ervaringen. Wat dat betreft ben ik blij dat ik nog steeds hele leuke spellen voor de boeg heb, zoals Marvel’s Spider-Man 2 en Pokémon Violet: The Indigo Disk. Ik weet dat ik hier goed van kan genieten, wanneer ik eenmaal de rust en tijd neem om hiervoor te gaan zitten, lekker voor de tv. Dat is ook zo’n aankoop waar ik nog steeds van geniet.

Laat ik even zeggen dat ik heel dankbaar ben voor het leven dat ik nu mag leiden. Binnenkort komen er bijvoorbeeld ook weer 2 albums binnen van Lenka, een artiest waarvan ik blind haar albums kan kopen. Dat vind ik zo prettig, dat je weet dat je ergens in de toekomst ergens goed van kunt gaan genieten. Een van mijn favoriete bezigheden is dan ook luisteren naar mijn favoriete afspeellijst. Dat maakt me zo blij, ik doe dat nu ook.

Zo’n reflecterend stuk als dit is ook nog eens erg fijn om te typen. Ik heb namelijk laatst een nieuw toetsenbord gekocht om ervoor te zorgen dat mijn werkplek, achter mijn iMac, wat meer ergonomisch verantwoord is. Wanneer het om mijn gezondheid gaat, ben ik goed in staat om te investeren. Zo gebruik ik ook prijzige shampoo, omdat ik niet terug wil naar de anti roos shampoo die ik ooit eerst gebruikte, dat was niet goed voor mijn hoofdhuid.

Het is makkelijker geld uit geven wanneer je weet dat je het echt kunt missen. De verwachting is dat ik volgende week glasvezel ga krijgen, via Freedom nog wel. Ik heb best wat moeite mogen doen om daar bij te kunnen blijven, maar het is gelukt. Ik ben benieuwd of het zo fijn gaat zijn zoals ik verwacht.

Omdat ik het heb, is het makkelijker. Daarom behoud ik een deel van de stresstest. Ik blijf aan het eind van de maand afromen. Ik gebruik meerdere IBANs waar ik zonder gevolg geld vanaf kan halen. Ik heb wel eerder deze week automatisch budgetteren ingesteld. Ik ben benieuwd of dat bevalt. Daar ga ik de komende maanden nog wat mee spelen.

Mocht je in een soortgelijke situatie zitten zoals ik dan kan ik zo’n financiële stresstest adviseren. Alleen zijn er bijzonder weinig mensen die in zo’n situatie zoals ik zitten. Daarom maak ik er het meeste van. Je kunt het tenslotte niet over doen. Dat betekent zeker niet dat ik de dag ga plukken of beweren dat je slechts eenmaal leeft, want ik geloof dat je verder leeft in de harten van andere mensen. Daarom wil ik ook graag dat dit blog na mijn dood blijft bestaan, omdat mensen dan terug kunnen lezen hoe ik over zaken dacht.

Daar investeer ik namelijk nu al in.

Boekrecensie: ‘The End of Scarcity’

Vandaag heb ik het boek ‘The End of Scarcity‘ van Kristen Ragusin uitgelezen. In deze recensie ga ik proberen uit te leggen waarom ik het zo’n fantastisch boek vind. Het is een vorm van creatieve non-fictie.

Het boek gaat over twee personen. De ik-persoon is Kristen zelf. De andere is Sam, mijn favoriete personage. Samen gaan ze op onderzoek naar hoe geld werkt, waarbij veel aandacht wordt gegeven aan waarom geld als schuld zo slecht werkt.

Doordat het boek voornamelijk bestaat uit gesprekken en er geen formules, tabellen of sommen in voorkomen is het super toegankelijk en leest het fantastisch. Het enige jammere is dat het boek in het Engels is. Als het aan mij ligt komt daar snel verandering in.

In het begin van het boek staat een citaat dat vertaald als volgt gaat:

Er is niets met meer kracht dan een idee waarvan de tijd is gekomen.

Victor Hugo

Dit gaat daadwerkelijk op voor het boek. Indien genoeg mensen te weten komen wat er in het boek staat dan kunnen we als Mensheid daadwerkelijk een nieuwe periode ingaan. De samenleving kan zich dan opnieuw uitvinden.

Het boek beslaat 16 hoofdstukken. In deze hoofdstukken komen allerlei facetten van het geldstelsel in de Verenigde Staten en andere landen naar voren. Er wordt zelfs specifiek benoemd waarom het ontwerp van het geldstelsel van de eurozone zo slecht is.

Al meer dan 10 jaar houd ik mijzelf bezig met het onderwerp ‘geld’ en toch heeft dit boek mij op veel vlakken weten te verbazen. Vooral hoe makkelijk het lijkt te zijn om gegevens tot je te nemen als 2 mensen in een boek de dialoog met elkaar aangaan. Dat ze het bijna voortdurend met elkaar eens zijn, is niet eens storend, omdat ze steeds zinnige zaken zeggen.

Het boek neemt je aan de hand. Het legt uit wat er mis is met de manier waarop we omgaan met geld. Sterker nog, het beargumenteert dat, wat wij als ‘geld’ zien, strikt genomen niet eens geld is. Bovendien legt het boek ook nog eens uit dat niemand hier schuldig aan is. Dat iederéén er baat bij heeft als we het huidige stelsel achter ons laten.

Gek genoeg geeft het boek ook aan dat het een kwestie van tijd is. Het honderdste aap effect zou hier toe leiden. Dit is een van de weinige punten waar ik kritiek op het boek heb, want dat effect is nooit wetenschappelijk bewezen.

Toch lijkt het me voor de hand liggend dat wanneer meer mensen het boek gaan lezen het gedachtegoed zichzelf als een olievlek zal gaan verspreiden. Puur omdat de kennis die dit boek bevat erg indrukwekkend is.

Terwijl ik deze recensie aan het schrijven ben, begint nog steeds, beetje bij beetje, bij mij binnen te sijpelen hoe groot de impact van dit boek kan gaan worden. Het boek mag overigens dan wel toegankelijk zijn, ik heb er wel 12 uur over gedaan om het te lezen. Neem dus de tijd om het te lezen, want de kans dat het je nieuwe inzichten opdoet tijdens het lezen is aanzienlijk.

Iedereen die wil weten waarom de wereld geregeerd wordt door geld, kan ik dit boek aanraden. Je zult begrijpen waarom de verandering noodzakelijk is én waarom de komende veranderingen nu pas plaats kunnen vinden. Geld is verre van neutraal.

Tijdens het lezen heb ik gebruik gemaakt van het EPUB e-book.

… ik leef wel net boven het bestaans-minimum

In dit stuk:

Het eerste verhaal over dit onderwerp

leg ik uit wat ik gedaan heb.

In het vervolgstuk:

Het tweede verhaal over dit onderwerp

leg ik uit waarom ik mezelf niet arm vind. Daarnaast vertel ik waarom ik de stresstest verlengd heb en wat voor effecten dit heeft gehad op mijn financiën.

In dit stuk lees je waarom ik nooit echt heb beseft dat ik vlak boven het bestaansminimum leef.

Dat is ergens best vreemd, aangezien ik arbeidsongeschikt ben en van een Wajong-uitkering leef. Toch heb ik nooit de indruk gehad dat ik arm was. Alleen als je puur naar mijn inkomen kijkt, 75% van het minimumloon, dan ben ik dat wel.

Er zijn overigens meerdere redenen waarom ik mij nooit arm heb gevoeld. Of, beter gezegd, waarom ik nooit een tekort aan geld heb gehad.

Ten eerste heb ik veel vaste lasten niet. Ik betaal geen gas, elektriciteit, water of huur. Daarentegen betaal ik wel een eigen bijdrage aan het CAK. Nu weet ik niet of dit ooit gelijkwaardig was qua kosten, maar ik verwacht dat dit met de prijsstijgingen / inflatie van de laatste maanden niet meer het geval is, ondanks de prijsplafonds.

Ten tweede ben ik vrij zuinig. Ik vind het daadwerkelijk moeilijk om geld uit te geven aan zaken die ik minder waardevol acht. Daarnaast ben ik over het algemeen niet impulsief en doe ik dus ook bijbehorende aankopen niet. Tenzij ik hypomaan ben, dan verandert dat.

Ten derde heb ik, nadat ik strandde in het VWO, geen dure studie meer gedaan. Al dat geld dat daarvoor gespaard was, is indirect nog steeds tot mijn beschikking.

Ten vierde heb ik een eenpersoonshuishouden. Dat klinkt minder belangrijk en dat is het natuurlijk ook. Totdat je denkt aan reden #2. Aangezien ikzelf bepaal wat ik in huis haal, heb ik hier in grote mate controle over. Het aantal abonnementen dat ik heb, ligt dan ook vrij laag. Voorheen doneerde ik méér dan dat ik geld uitgaf aan sommige abonnementen.

Natuurlijk is er een groot verschil tussen je arm voelen en arm zijn. Ik vind nog steeds van mezelf dat ik niet arm ben. Ik kan zo’n beetje alles kopen dat ik wil. Ja, sommigen zouden zeggen dat ik niet veel wil. Dan zouden ze gelijk hebben.

Althans, dat is natuurlijk hoe je ernaar kijkt. Er zijn genoeg zaken die ik wil. Genoeg dingen die ik wil doen. Naast geldfilosoof kan ik mezelf ook wel tijdfilosoof noemen. Er is een ding met tijd en dat is dat je het niet kunt kopen. Je kunt hoogstens iemand voor je laten werken.

Het moeilijkste dat ik vond om te ontdekken over mezelf tijdens dit proces van de ‘persoonlijke financiële stresstest’ is dat ik geld graag gebruik om zaken (mede) mogelijk te maken en daarbij soms van mijn eigen normen en waarden ben afgestapt. Zo doneerde ik indirect spaargeld. Daarnaast deed ik mee aan crowdfunding projecten waarvan je je af kunt vragen waarom ik dat deed.

Ergens heeft dat te maken met mijn zelfbeeld. Alsof ik het idee heb dat ik al dat geld niet waard ben. Het zou kunnen komen door het feit dat ik er niet voor gewerkt heb. Alleen… ik gun iedereen een basisinkomen, waarom mijzelf dan niet?

Door te doneren gaf ik mezelf het gevoel dat mijn bestaan uitmaakte. Dat er iets zinnigs werd gedaan met mijn geld. Dat mis ik nu. Hierdoor is de nadruk op het doen van zinnige uitgaven nog groter geworden. Tenslotte maak je in kapitalisme vooral impact door wat je juist níet koopt. Laat ik daar nu juist een ster in zijn.

Tegelijkertijd wordt daardoor mijn leven vooral getekend door de zaken die ik allemaal niet doe. Hierdoor heb ik een lage ecologische voetafdruk. Betekent dit dat men mij op die manier zal herinneren? Als een persoon met een lage ecologische voetafdruk?

Dat durf ik te betwijfelen.

Ondanks dat ik arbeidsongeschikt ben en een laag inkomen heb, heb ik in het verleden nooit gekeken naar inkomens van anderen. Daarom heb ik ook nooit opgezocht hoeveel inkomen ik daadwerkelijk had – in vergelijking met anderen. Het is niet in me opgekomen om daarnaar te gaan kijken. Hierdoor wist ik niet beter en dacht ik zelfs dat Wajong 100% minimumloon was, omdat ik er van rond kon komen.

Het voelt nog steeds raar om dat een prestatie van mezelf te zien, gezien de redenen die ik eerder noemde. Mijn zuinigheid verklaart het tenslotte maar deels. Het betekent wél dat dit een vaardigheid is die ik mijzelf eigen heb gemaakt. Daar zou ik op zich trots op mogen wezen. Dat ben ik niet.

Want ik weet natuurlijk niet of ik net zo weinig geld uit zou geven of net zo bewust indien ik méér geld zou hebben. Weinig geld uitgeven als er weinig geld binnenkomt is natuurlijk stukken makkelijker dan geld niet uitgeven dat je wel hebt. Vanaf deze maand, januari 2023, stijgt het minimumloon en dus ook mijn uitkering.

De kwestie die zich nu voordoet is wat ik ga doen met dat beetje extra geld dat nu tot mij beschikking komt. Ga ik mijn extra inkomen zinnig besteden? Zal ik nog steeds spaarzaam zijn?

Zo heb ik al besloten dat ik in plaats van wekelijks per maand ga sparen en dat ik dit bedrag later deze maand met 10% ga verhogen, omdat het minimumloon ook met 10% omhoog gaat. Dat is alleen pas de 23e. Mijn zorgtoeslag is al wel omhoog gegaan – ik kan er bijna mijn hele zorgpremie mee betalen.

Er zal dus nog minstens een 4e stuk komen waarin ik zal vertellen hoe mijn financiën er dan voorstaan.

Ik ben niet arm! Alleen…

In dit stuk:

heb ik gezegd dat ik de stresstest niet zou verlengen. Dat heb ik alsnog wél gedaan. Om dit stuk te kunnen volgen is het noodzakelijk om bovenstaand stuk te hebben gelezen, omdat daarin beschreven staat hoe ik mijn financiële stresstest heb vormgegeven.

De reden dat ik de test alsnog heb verlengd, is omdat ik tóch overtuigd raakte van het argument dat je het pas echt kunt testen als je het een jaar lang doet. Inmiddels zijn we meer dan een jaar verder, dus kan ik eindelijk echt de balans opmaken.

Kortweg komt het er inderdaad op neer dat ik geld aan het rondpompen was. Dat ik dit kón doen, geeft al aan dat ik niet arm ben. Alleen geeft het ook behoorlijk aan dat ik niet financieel zelfredzaam was op basis van mijn inkomen. Dat is natuurlijk niet handig.

Daarom heb ik besloten om, nadat me dit geadviseerd was, te stoppen met doneren. Daar heb ik het eerlijk gezegd nog steeds moeilijk mee, want ik vond het leuk en/of fijn om te doneren. Dat gaf me een beetje het gevoel dat ik impact maakte, hoe klein het ook mocht zijn.

Aangezien ik dit pas type ruim nadat het jaar voorbij is, kan ik inmiddels ook wel wat over mijn jaaruitgaven zeggen. Veel bedragen die ik niet kon en/of wilde betalen van mijn lopende ‘bunqrekening’ heb ik betaald van de IBAN ‘Vrij Parkeren’. Abonnementen die ik per (2) jaar betaal bijvoorbeeld.

Over het algemeen heb ik reiskosten daarop geboekt. Tenslotte betaal ik mijn dalurenkaart ook per jaar. Wat me daarbij opviel is dat ik mijn vakantiegeld verspreid over het jaar uitgeef. Om hier zeker van te zijn, blijf ik voorlopig de test uitvoeren, zodat ik kan zien of ik nu wel / nog steeds rond kan komen.

Voordat ik met deze tests begonnen was, realiseerde ik me niet hoeveel impact bijvoorbeeld het ‘Eigen Risico’ heeft op mensen met mijn inkomen. Door de onverwacht hoge uitgaven die je kunt hebben doordat het eigen risico aangesproken wordt, ben je in het eerste half jaar in een maand soms zo veel geld kwijt dat je die maand niet rond kunt komen als je geen buffer hebt.

Dat vond ik wel een akelige ontdekking. Natuurlijk is dit de reden dat je het eigen risico gespreid kunt betalen van februari t/m november. Het liefst wil ik het in januari helemaal in zijn geheel betalen, zodat ik er de rest van het jaar geen omkijken meer naar heb. Dat ik daartoe in staat ben, geeft wederom aan dat ik niet arm ben. Ik betaal wel meer zaken per jaar, grotendeels omdat ik dan ook korting kan bedingen.

Zoals ik tijdens de eerste test merkte dat ik op uitgaven moest gaan letten, ben ik nu ook op uitgaven gaan letten om te kijken of ik het jaar kon halen. Hiervoor heb ik soms wel met potjes moeten schuiven… en heb ik uitzonderingen gemaakt voor grote zaken die ik echt wilde hebben en heb ik ‘De Zilvervloot’ 1 of 2 keer aangesproken, omdat het anders niet lukte. Inmiddels heb ik die IBAN al een half jaar niet aangeraakt.

In een van de eerdere versies van dit blogstuk heb ik overwogen om het de titel ‘Doen alsof je arm bent’ mee te geven. Daar heb ik aan zitten denken, omdat ik dat een beetje doe. Er zijn namelijk meerdere momenten per maand, nu ook nog, waarbij ik een uitgave niet doe, omdat ik dan niet zeker weet of ik het einde van de maand haal. Daarbij voel ik ook de bijbehorende geldstress.

Alleen … die geldstress is een beetje nep. Tenslotte weet ik dat ik niet écht in de problemen kom als ik een uitgave niet kan doen of als ik een bepaalde uitgave juist wél doe. Toch vind ik het fascinerend hoeveel zo’n langdurige test als dit impact heeft op mij en mijn uitgavenpatroon.

Nu was ik sowieso al wel bewust van wat ik ongeveer gedurende een jaar uitgaf, maar bij veel zaken ‘voelde’ ik het niet zo en had ik amper connecties zoals:

Wanneer ik de komende tijd hier minder geld aan uitgeef, dan kan ik wel geld uitgeven aan…

Johan Zijlstra

Dat heb ik nu wel. Door dit soort zelfreflecties over geld kan ik mij beter inbeelden hoe het is om rond te komen van alleen mijn, lage, inkomen. Alleen kan ik het echte gevoel van geldstress slechts benaderen, want ik kom niet in de problemen als ik mijn maandelijkse test niet haal. Er zijn geen consequenties.

Nu ik ook een jaar lang mijn financiën getest heb, kan ik wel vertellen dat zo’n maandelijkse test inderdaad niet representatief is. Dat iemand een maand lang van een laag inkomen kan leven terwijl die persoon weet dat ie daarna weer zijn eigen inkomen terug krijgt, zegt heel weinig. Pas wanneer je voor langere tijd áfhankelijk bent van een laag inkomen, weet je pas hoe het écht voelt.

Zoals gezegd ben ik doorgegaan met het experiment. Dat is niet omdat ik verwacht nog veel ontdekkingen te doen. Het is vooral omdat ik het eens ben met het idee dat ik voor mijn maandelijkse uitgaven moet kunnen bouwen op mijn maandelijkse inkomen. Dat gaat me inmiddels wel lukken.

Op het moment dat ik de zorgtoeslag binnen krijg, boek ik het saldo, dat ik vlak daarvóór op ‘bunqrekening’ had staan, over naar ‘Vrij Parkeren’. Elke week spaar ik ook een vast bedrag dat ik overboek naar ‘Een ding’. Er zijn ook nog 2 IBAN die ik gebruik om te sparen voor twee grote jaarabonnementen zoals mijn zorgverzekering en mijn internetprovider, die ik per jaar betaal, maar daar dus wel maandelijks geld voor opzij zet – anders zou de test namelijk niet kloppen.

Overigens ben ik nog steeds van mening dat je beter zo’n test kunt doen als ik gedaan heb (als je in zo’n luxe positie zit als ik), dan dat je berekent of je het haalt. Het is wel goed om te berekenen of je het haalt, daar niet van. Alleen als je zo’n persoonlijke financiële stresstest doet, dan voel je het wel meer. Bovendien word je er ook meer mee geconfronteerd.

Natuurlijk realiseer ik me dat veel mensen niet in de gelegenheid zijn om zo’n test te kunnen doen zoals ik dat gedaan heb. Bijvoorbeeld omdat ze geen 1-persoonshuishouden hebben zoals ik dat heb of omdat ze weten dat hun inkomen gedurende het jaar kan veranderen. Niet iedereen heeft zo’n stabiel inkomen als ik.

‘Van wie wordt ons geld?’ recensie

Het Tweede Kamerlid Mahir Alkaya heeft het boek ‘Van wie wordt ons geld?’ geschreven en uit laten geven bij Bot Uitgevers op 3 maart 2022. Het boek is beschikbaar als paperback en e-book. Dit is mijn recensie van het boek.

Er zijn mensen die zich bezig houden met utopieën. Er zijn mensen die zich bezig houden met het voorkomen van dystopieën. Klaarblijkelijk is Alkaya in te delen in de laatste categorie. Hij geeft in het begin goed aan waar het een en ander toe zou kunnen leiden als we niets doen.

Vervolgens legt Alkaya stap voor stap uit hoe de huidige situatie is ontstaan. Dat doet hij zo treffend en met zulke mooie voorbeelden dat je haast gaat denken dat hij het zelf ontworpen heeft. Niets is minder waar, want Alkaya legt telkens de vinger op de zere plek.

De manier waarop het boek is opgebouwd is erg prettig. Sommigen zullen de inleiding (Het voorwoord en hoofdstuk 1) wellicht wat lang vinden. De drie delen die daarna volgen zijn zo zorgvuldig opgebouwd en grijpen geregeld terug naar elkaar dat je snapt waarom die lange inleiding gerechtvaardigd is.

Boeken over geld kunnen namelijk makkelijk slecht leesbaar worden. Dat is hier geenszins het geval. Dit is het meest toegankelijke boek over geld dat ik ooit heb gelezen. Zoals uit het boek blijkt, speelt er nogal wat in de wereld van het geld, maar het is niet zo dat het onbegrijpelijk is.

Je zou daardoor kunnen denken dat het inhoudelijk minder sterk is, maar het boek onderbouwt zijn kritiek, zowel op wat er gebeurd is, als op wat er nog gebeurt. Daarnaast geeft het, zoals gezegd, ook aan wat er zou kunnen gebeuren.

Het boek is zowel een goede introductie tot het onderwerp ‘geld’ als een mooie momentopname van de huidige situatie. Tevens is het te lezen als een betoog voor meer democratisch overwicht over de manier waarop geld werkt. Bijvoorbeeld ook door aan te geven wat er door (de huidige omgang met) geld nu niet werkt.

Tussen neus en lippen legt het boek ook uit hoe geld ontstaat zonder te verzanden in details. Het rare aan het boek is dat het soms haast lijkt alsof je een handleiding van het geldstelsel aan het lezen bent, maar dan geschreven in levendige bewoordingen. Het is een vaardigheid om materie zoals deze, die al gauw taai wordt, zo in de schijnwerpers te zetten.

Alkaya heeft dan ook een achtergrond als ingenieur en dat is dus te merken. Hij geeft een analyse op systeemniveau. Tegelijkertijd schetst hij de context nadrukkelijk. Het boek is daarom warm aan te bevelen.

Tenslotte willen we weer dat ons geld weer van ons wordt, nietwaar?

 Je geld of je leven!

Je geld of je leven!

Iedereen wordt beroofd.
Niemand spreekt hier openlijk over.
Waarom niet?


Men weet niet hoe het werkt.
De dieven zijn anoniem.
De werkwijze is gelegaliseerd.


Schade is merkbaar, maar onmeetbaar.
De gevolgen zijn wel degelijk bekend.


Normen en Waarden zijn onbelangrijk.
Prijs is het enige wat Geldt.


Iedereen laat het gebeuren.
Niemand weigert mee te werken.
Waarom?


Men weet niet dat het anders kan.
De dieven hebben invloed.
De werkwijze is commercieel.


Schade is menselijk, maar immoreel.
De gevolgen zijn wijd verspreid.


Normen en Waarden zijn onbelangrijk.
Prijs is het enige wat Geldt.


Onwetendheid is de grootste vijand.
Kennis is macht. Ontdek uw kracht.
Hoe?


Onwetendheid is een keuze.
Weet wat je zegt.
Bestudeer de feiten.

Persoonlijke financiële stresstest

Afgelopen maand heb ik gekeken hoe ik er financieel voorstond door een test te doen. Ik wilde weten of mijn maandelijkse uitgaven pasten bij mijn inkomen.

Natuurlijk had ik kunnen berekenen hoeveel ik in de maand daarvoor uitgegeven had en hoeveel inkomen ik die maand had. Daar was ik aan de ene kant te lui voor en tegelijkertijd vond ik dat ook te makkelijk.

Als ik dat gedaan had, dan zou ik namelijk inderdaad weten of ik ’te veel’ of ’te weinig’ uitgaf. Je zult je afvragen waarom ik dat al niet wist. Nu wist ik globaal wel hoe ik ongeveer uit zou moeten komen. Het is alleen anders als je dit ervaart dan als je dit berekent.

Laat ik duidelijk zijn: ik maak me geen zorgen om mijn financiën. Mijn buffer is groot genoeg om meerdere grote uitgaven én onverwacht grote uitgaven op te kunnen vangen. Bovendien spaar ik ook gewoon wekelijks een bedrag. Daarnaast is mijn inkomen ook super stabiel. De vraag was dan ook meer of mijn spaargedrag niet een vorm van ‘broekzak – vestzak’ was.

Het is namelijk meer dan eens voorgekomen dat ik een bedrag van een van mijn andere IBAN (Ik heb er 12 van de 25, ja ik vind het zelf ook veel) bij bunq naar mijn ‘bunqrekening’ heb overgeboekt. Dus had ik mij voorgenomen om dat deze maand niet te doen, want anders zou de test nergens op slaan, nietwaar?

Toen mijn zorgtoeslag binnenkwam heb ik al het andere geld dat daarvoor al op die bunqrekening stond overgeboekt naar een andere IBAN. Vervolgens ben ik mijn leven gaan leven zoals ik dat gewoonlijk doe. Ik heb me er vooral voor gewaakt dat ik mijn standaard uitgaven bleef doen.

Zo ben ik gewoon boodschappen blijven doen bij de natuurvoedingswinkel Solidare, heb ik niets veranderd aan mijn abonnementen & donaties en heb ik ook nog luxe uitgaven gedaan. Ook bleef ik sparen.

Het viel me vooral op hoe terughoudend ik werd met het uitgeven van geld aan zaken die ik dus niet elke maand koop… Nu was ik me er van bewust dat er, gedurende het jaar, best wel maanden zijn met incidentele uitgaven… wat het ook lastig maakte.

Tel daarbij op dat mijn inkomen niet in zijn geheel op één dag op mijn bunqrekening gestort wordt. Bovendien spaar ik wekelijks in plaats van maandelijks. Dat alles maakt het niet bepaald overzichtelijk – hoewel je dat natuurlijk wel kunt schatten. Ik wilde het alleen niet berekenen.

Ik voelde me bij tijd en wijle ook echt arm – terwijl ik dat dus níet ben. Het idee dat je ‘het eind van de maand’ niet gaat halen is akelig. Terwijl ik natuurlijk op zo’n beetje elk moment geld van mijn andere rekeningen kon halen. Er kon mij niets wezenlijks overkomen, maar het idee alleen al is verontrustend.

Tegen het einde van de maand werd het ook echt moeilijk. Er kwamen twee uitgaven aan die ik echt graag wilde doen. De een was een jaarlijkse incidentele luxe uitgave die ik zonder de test zó gedaan zou hebben. De andere was het kopen van concertkaartjes voor een van mijn favoriete artiesten – Marina.

Bovendien waren beiden tijdgebonden. Die jaarlijkse uitgave deed ik gewoonlijk omdat het in die periode in de aanbieding was. Wanneer ik die uitgave dus níet deed en ik zou dat abonnement later nodig blijken te hebben dan zou ik meer geld kwijt zijn dan als ik het geld nu uit zou geven. Het ironische is natuurlijk dat je nu zult zien dat ik het pas over een jaar of zo nodig ga hebben. Het voelde alleen niet goed – ik zou tegen mijn principes in moeten gaan.

Dus heb ik vals gespeeld. Ik heb dat abonnement dat in de aanbieding was met korting gekocht met behulp van een andere IBAN. Een ander potje als je wilt. Gewoon omdat ik bang was dat als ik het van de bunqrekening zou betalen dat ik het dan niet ‘zou halen’ of dat ik ‘iets zou missen’.

Bij het kopen van de concertkaartjes werd ik er nog meer mee geconfronteerd dat ik niet zou slagen voor mijn eigen test. Het is niet dat ik de beslissing moeilijker vond. Die uitgave niet doen, daar zou ik echt spijt van hebben. Het is alleen wel jammer dat ik hierdoor niet slaagde in mijn opzet.

Daar moet ik wel bij zeggen dat als ik één van de uitgaven niet gedaan zou hebben dat ik dan het einde van de maand gehaald zou hebben – maar niet allebei. Het is zelfs zo dat ik de concertkaartjes een minuut ná de transactie wél had kunnen kopen vanaf mijn bunqrekening – maar dat had dan weer niet gekund als ik het abonnement van die rekening had betaald.

Hieruit moet ik concluderen dat ik niet in staat ben geweest om ‘gewoon’ te kunnen leven van het geld dat mijn bunqrekening bereikt in een maand tijd. Ik zat er alleen wel heel dichtbij. Ik vind het ook niet erg dat ik het niet gehaald heb. Ik ben er wel een stuk wijzer van geworden.

Zo weet ik nu dat ik het kán halen als ik dat wil. Ik ben best in staat om te snijden in sommige uitgaven. De vraag is vooral óf ik dat wil en hoe structureel mijn tekort per jaar (gemiddeld per maand) is. Zo zou ik bijvoorbeeld mijn vakantiegeld (die ik ook weggesluisd had) kunnen gebruiken om de tekorten op te vangen, want ik ga toch niet graag op vakantie.

Iemand suggereerde dat ik deze test elke maand van het jaar zou moeten houden om te bekijken of ik echt kan leven met mijn inkomen, maar dát ga ik dus liever wél berekenen. Het idee daarachter is dat je tijdens zo’n test als deze uitgaven gaat uitstellen. Deze test ervoer ik echter als zeer oncomfortabel en ga ik dan ook niet verlengen als het niet hoeft.

Wat betreft de vraag of er sprake is van ‘broekzak – vestzak’:

Daar is inderdaad sprake van. Alleen heb ik in de afgelopen maand meer gespaard dan dat ik aan het einde van de maand ’tekort’ (via andere IBAN had uitgegeven) kwam. Ik ben dus in zekere zin geld aan het ‘rondpompen’.

Wederom heb ik dit nog niet gecorrigeerd naar een gemiddelde per maand of heb ik het vakantiegeld hierin meegerekend. Het verschil is ook nog eens dusdanig klein dat ik er niet van wakker lig. Tenslotte heb ik al aangegeven dat ik kan snijden in mijn uitgaven als dat nodig blijkt te zijn.

Sterker nog, ik heb gemerkt dat ik met de uitgaven die ik doe best wel tevreden ben. Ik heb nergens gedacht van:

“Waarom geef ik daar eigenlijk geld aan uit?”

Johan Zijlstra

Een gemeenschappelijke vijand

De Mensheid is bij elkaar gekomen om een virus uitbraak te bestrijden. We zitten allemaal in het schip. We kunnen allemaal aangestoken worden. Velen van ons zitten in isolatie.

Sinds ik bekend ben met deze situatie doet het me denken aan iets waar ik ooit om hem gevraagd. Dat was een gemeenschappelijke vijand. Dat is namelijk hetgeen we nodig hebben om meer tot elkaar te komen.

Laat het duidelijk zijn, ik heb niet om de huidige situatie gevraagd! Alleen ben ik wel van mening dat het handig is om gebruik te maken van de situatie om veranderingen door te voeren ten behoeve van ons bestaan op Aarde.

Er valt namelijk nogal wat af te dingen aan ons bestaan op Aarde. Als ik alle problemen op gaan noemen die enkel en alleen al ontstaan zijn door onze manier van omgaan met geld dan ben ik al een tijdje bezig. Natuurlijk zijn er ook problemen die niet direct door (onze omgang met) geld worden veroorzaakt. Alleen is het dan wel vaak zo dat die problemen minder nijpend zouden zijn als geld in zichzelf geen probleem zou zijn.

Het ‘leuke’ van deze crisis is dan ook dat geld op zichzelf geen probleem meer lijkt te zijn. Er wordt alles op alles gezet om onze volksgezondheid te behouden. Mooi om mee te maken dat er tóch iets boven de economie gaat.

Laten we onszelf daaraan herinneren als we volgend jaar verkiezingen hebben. In een tijden van crisis is er geld. Spontaan. Alsof het aan een boom groeit.

Het ironische is dan ook wel dat geld daadwerkelijk, door ons mensen, geschapen wordt. In tegenstelling tot het vuur, dat natuurlijk is en het wiel, dat we hebben afgekeken van de natuur, is geld zo kunstmatig als iets.

Natuurlijk wil dat niet zeggen dat het daardoor geen effect meer heeft. Het punt is dat het enkel effect heeft als wij willen dat het effect heeft. Geld is een sociaal construct. Wij bepalen zelf wat er mee doen. Dat geldt ook voor de manier waarop geld ontstaat. Het is tenslotte onze schepping.

Laten we met elkaar afspreken dat geld ons niet meer in de weg gaat zitten. We gaan het verhaal achter geld herschrijven. Hoe gaan we dat doen?

Simpelweg door aan te geven wat we willen. We gaan aangeven wat we willen bereiken en bedenken daarná wat we daarvoor nodig hebben. Als dat geld is dan maken we daar geld voor. Heeft dat geld zijn functie gehad en is het niet meer nuttig? Dan halen we het weer uit het systeem.

In plaats van dat we belastingen gaan betalen om geld te verzamelen gaan we belastingen heffen om geld uit het systeem te halen dat overbodig is geworden.

Geld wordt dan in omloop gebracht indien we dat nuttig achten. Geld is er dan ‘om er te zijn’ zoals de oorspronkelijke betekenis van ‘fiat geld’ betekent ‘laat het er zijn’.

Natuurlijk is het dan heel belangrijk om te bepalen hoe er geld in omloop wordt gebracht en wie dat gaat doen en onder welke omstandigheden en in welke context. Daarvoor hebben we een vierde of vijfde macht nodig. Een monetaire autoriteit die uitsluitend over (de samenstelling van) de geldhoeveelheid gaat die in omloop is in een economie.

Waarom dienen we hiervoor een gemeenschappelijke vijand te hebben? Nou, eigenlijk hebben we die helemaal niet nodig. Dat is uitsluitend om ons er op te wijzen dat we samen met onze medemens de wens kunnen uitspreken dat we een andere samenleving willen hebben.

Dát is uiteindelijk waar politiek over gaat. De strijd tussen ideeën. Welk idee werkt het beste voor zo veel mogelijk mensen? Hoe voorkom je dat een kleine minderheid het verpest voor de rest?

Het is stuitend om te zien hoeveel er kapot wordt gemaakt in de naam van een idee. Bedenk dan ook dat er een hoop kan worden gemaakt in de naam van een idee. Hopen liggen alleen op straat. Het is aan ons om te handelen naar onze ideeën en ons opnieuw gaan verbeelden hoe mooi het leven kan zijn op Aarde.