Wat ben ik waard?

Altijd als ik mezelf verlies en verdrink in zelfmedelijden vraag ik mij af wat ik waard ben. Tot op zekere hoogte doe ik dat om mezelf te kwellen. De voornaamste reden is echter dat ik het antwoord niet weet.

Dat is pijnlijker dan het kwellen in zulke mate dat ik daar echt aan onderdoor kan gaan. Qua losse omschrijvingen kom ik er overigens best ver hoor, wat ik waard ben. Alleen neem ik daar geen genoegen mee. Het kan zijn dat ik streng ben voor mezelf en dat ik mijn idealen omlaag zou moeten schroeven.

Het is alleen wel zo dat die idealen mij maken tot wat ik ben. Veel meer dan dat ik bijvoorbeeld gemberkleurig haar heb. In wezen ben ik nog steeds op zoek naar mezelf. De eerder genoemde idealen schetsen namelijk slechts een kader, ik ben zelf verantwoordelijk voor het invullen daarvan.

Niemand weet hoe het is om iemand anders te zijn, hoe graag ze dat ook zouden willen of hoeveel levenservaring ze ook hebben. Het is gewoon niet mogelijk – je kunt niet in iemands hoofd kijken. Helaas weerhoudt dat men er niet van om het te proberen.

Gelukkig zijn er ook genoeg mensen die genoegen nemen met een benadering zonder dat ze daadwerkelijk weten hoe iemand is en zonder aannames te doen hoe die persoon in een bepaalde situatie zou reageren.

Alleen… wat nu als je jezelf niet snapt? Als je keuzes maakt waarvan je later niet weet waarom je precies die stap hebt genomen? Terwijl je over het algemeen niet impulsief bent en alles kunt onderbouwen?

Natuurlijk snappen wel meer mensen zichzelf niet. Bovendien vertonen wel meer mensen tegengesteld gedrag op zo’n manier dat het lijkt dat ze last hebben van een interne paradox. Ons onvoorspelbare karakter is wellicht juist datgene dat ons menselijk maakt, maar dat is een ander onderwerp.

Zou ik mezelf beter kunnen waarderen als ik mezelf beter zou snappen? In grote lijnen snap ik wel de dingen die ik doe op kleine schaal, maar als ik naar het grotere geheel moet kijken dan vind ik mezelf vrij terughoudend. Ik weet wel wat ik wil bereiken, maar ik stel me heel afhankelijk op. Alsof ik dus niet weet wat ik wil.

Kort gezegd komt het er op neer dat ik, nog altijd, bang ben om mezelf te zijn. Dat is vrij gek, want in zekere zin ben ik daar best goed in – in mezelf zijn. Dat lijkt alleen dus heel afhankelijk te zijn van de context. Dat is alleen ook niet bepaald iets nieuws. Dat geldt voor iedereen.

Mezelf presenteren is waar het vaak op stuk loopt. Ik ben dan bang voor de reactie van de ander, waardoor ik mezelf dus afwijs voordat ik überhaupt de ander een kans heb gegeven om mij te kunnen beoordelen. Daarmee veroordeel ik mezelf dus.

Hierdoor leef ik, gelukkig zelden, in intense onzekerheid. Aangezien ik meer verlang van mezelf dan dat ik kan leveren. Ik ben niet lief voor mezelf. Dus in die zin zorg ik niet goed genoeg voor mezelf.

Het zijn vaak kleine luxe problemen waardoor dit soort zaken naar de oppervlakte komen. Die dienen dan als katalysator. Ik vind namelijk dat luxe problemen geen echte problemen zijn. Dat ik mij aanstel. Terwijl luxe problemen ook problemen zijn. Weliswaar in een andere schaal, maar toch.

Het is dan ook niet zo alsof ik geen echte problemen ken en alsof ik me niet bezig houd met wereldproblematiek. Het is alleen pas wanneer mijn eigen kleine systemen bedreigd worden dat ik slechter begin te functioneren. Soms lijkt het dan alsof ik enkel uit systemen besta. Dat een herstart van mezelf voldoende zou zijn om mij weer op ‘het juiste pad’ te krijgen!

Zo is het natuurlijk niet, maar mijn systemen herprogrammeren kost me wel ontzettend veel tijd, energie en moeite. Zelden geld gelukkig, dus dat scheelt weer, maar soms zou ik willen dat het me enkel geld kostte – zoveel moeite kost het me!

Ik ben ook bang om die moeite te doen. Ik zie er echt tegenop. Liever behoud ik de systemen die ik gebruik dan dat ik ze aanpas of tijdelijk uitschakel. Die systemen geven mij namelijk zekerheid, houvast. Als die systemen niet meer toereikend zijn, dan neem ik graag de tijd om die systemen aan te passen, zodat ik er weer op kan bouwen. Wanneer ik die tijd niet toebedeeld krijg, dan loop ik vast.

In welke mate bepalen die systemen wie ik ben of wat ik waard ben? Er is natuurlijk een bepaalde wisselwerking tussen mijzelf en mijn systemen. Dat is zeker zo, maar veel van die systemen zijn gebaseerd op de waardes die ik koester. Alleen dien ik wel zo flexibel te zijn dat ik situaties voorrang geef op de systemen die ik gebruik.

Ironisch genoeg komt het ook voor dat ik me té flexibel opstel waardoor ik me niet houd aan de systemen die ik voor mezelf heb opgesteld. Alleen heeft dit vaak enkel effect op wat ik doe in mijn eentje in mijn vrije tijd op mijn appartement, waardoor het effect soms pas later tot uiting komt door middel van onbeantwoorde e-mails. Ik wil dan vaak alsnog doen wat eerst niet lukte.

Ik vind het dan ook moeilijk om zaken die niet gelukt zijn te laten voor wat ze zijn. Ik wil ze dan alsnog doen, terwijl ik weet dat ik moet snijden. Ik ben altijd bang dat ik iemand tekort doe door iets dat ik niet gedaan heb. Ja, dat kan ik ook zelf zijn, dus ergens bestaat er wel een mate van eigen waarde, maar dat is vaak indirect.

Het zou zelfs zo kunnen zijn dat wat ik voor mezelf doe dat ik dat minder waardeer dan wat een ander voor mij doet. Ergens klinkt dat heel natuurlijk, maar niet als ik de activiteiten die ik voor mezelf doe maar voor lief neem.

Sommigen zeggen dat je uiteindelijk alleen bent op de wereld. Dat je alleen komt & alleen gaat. Hoewel dat natuurlijk in zekere zin klopt, ben ik het met de strekking daarvan geheel oneens. Je bent hier voor anderen. De wijze waarop ik mij hier toe verhoud is niet altijd duidelijk, want ik lijk er niet altijd naar te handelen.

Ik wil namelijk meer zijn dan een goed persoon. Ik wil de wereld beter achterlaten dan dat ik hem gevonden heb. Het gaat mij er niet om een voetnoot te worden in geschiedenisboeken of om ‘aan de goede kant van de geschiedenis’ te staan. Ik wil ook niet iedereen overtuigen van mijn beweegredenen, maar het zou fijn zijn als ik iemand vond die snapte waarom ik dit allemaal zo belangrijk vond en mij waardeerde.

Het lijkt er namelijk op dat ik mijzelf die waardering niet kan geven, hoe nobel mijn doelen ook mogen zijn, op zichzelf zijn ze niet genoeg. Alsof er zonder die externe aandacht geen groei meer zit in mij. Natuurlijk realiseer ik me dat dit dermate wanhopig overkomt dat het lijkt alsof ik op elke oprechte aandacht reageer met affectie, maar dat is niet erg, want dat is namelijk zo.

Gelukkig is mijn mensenkennis wel van dusdanige aard dat ik weet wanneer iemand interesse in mij heeft. Helaas kan dat geregeld niet gezegd worden voor de mate waarin iemand interesse in mij heeft. Ook al is die positief, nog kan dat wel eens zó verkeerd gaan, dat ik er helemaal ontregeld door raak.

Een gevoel van eigenwaarde. Mezelf waarderen. Houden van Johan. Als ik mezelf meer zou willen ontwikkelen dan is dat het voornaamste wat ik moet doen. Alleen, hoe doe je dat?

Speeddaten is intens & divers

Laatst ben ik voor het eerst gaan speeddaten. Een van mijn beste vrienden had zich opgegeven en ik wilde hem nog spreken naar aanleiding van zijn vakantie in Japan, dus heb ik me opgegeven om in de randstad aan zo’n evenement mee te gaan doen.

Dat heb ik geweten. Bij minstens 10 gesprekken ben ik meer dan een minuut kwijt geraakt aan uitleggen waarom ik juist dáár aan het speeddaten was. Dus laat ik daar mee beginnen. De voornaamste reden was dat hij ging en dat ik een keer met hem mee zou gaan, maar eerlijk gezegd heeft het ook wel wat veiligs.

Tenslotte is de kans natuurlijk gering dat ik de vrouwen van mijn speeddates elders nog een keer tegen ga komen, zeker als je geen matches had zoals ik! Aangezien ik daar van uit ging, vind ik dat niet erg, wel jammer, maar juist begrijpelijk. Zo zal ik vast niet enkel op mijn locatie afgewezen zijn, maar gezien de reacties die ik kreeg zal het wel meegespeeld hebben.

Er waren rond de 24 vrouwen en ik heb met allemaal een gesprek gevoerd in een tijdbestek van zo’n 2 1/2 uur, inclusief pauzes. Bij sommige organisaties krijg je nog meer gesprekken of nog minder tijd en ik vind vooral 4 minuten erg kort. Alleen begrijp ik dat sommige mensen elkaar ook gewoon niets te vertellen hebben, dan kan het inderdaad lang zijn.

Dat gezegd hebbende, ik heb interessante gesprekken gehad, leuke, bizarre, vage & spannende. In het begin was ik heel zenuwachtig. Daarna werd ik het moe om steeds dezelfde verhalen te vertellen en was ik ook erg vermoeid. Het is gewoon heel intens.

Alle vooroordelen die ik had met betrekking tot speeddaten zijn wel gesneuveld. Het is zo divers. Het is lastig om tegen iemand te vertellen hoe speeddaten is, want ieders ervaring zal anders zijn, omdat er vaak mensen zullen zijn die er ook voor het eerst zullen komen & iedereen staat anders open voor contact.

Eerlijk gezegd had ik er wel moeite mee. Hoe leuk ik het ook vond, ik was ook blij dat het voorbij was. Alleen had ik wel een naar gevoel aan het eind van de avond, maar gelukkig was ik niet alleen gegaan en kon ik nakletsen met een van mijn beste vrienden.

Het is me ook opgevallen dat ik me soms wat raar gedroeg. Alsof ik niet bij zinnen was. Ik was al ontzettend zenuwachtig en wat melig voordat het daadwerkelijk begon, maar bij tijd en wijle was dat erg. Ik heb belachelijke vragen gesteld, zoals vragen naar iemands accent of hoe lang iemand al een bril had. Soms kreeg ik zelfs het advies om betere vragen te stellen…

Veel zaken die ik me voorgenomen had om te vertellen heb ik niet verteld. Vragen die ik verwacht had, werden niet gesteld. Ik had mijn Serpent-shirt aan en daar kreeg ik welgeteld 2 vragen over, ook wel bijzonder. Soms had ik het idee dat ik meteen afgeserveerd werd voordat ik überhaupt zat & dat ze mij maar lieten praten om de tijd te laten verlopen.

Soms was ik degene die de vragen stelde, soms werden er vragen aan mij gesteld. Het is zelfs zo geweest dat er vrouwen waren die mij hele goede feedback gaven. Zo weet ik dus nu zeker dat ik op zich wel goed in staat ben tot het voeren van gesprekken met vrouwen, maar dat zó veel gesprekken mij echt opbreken. Na een tijdje ben ik gewoon niet meer representatief.

Natuurlijk is zo’n evenement nooit representatief voor welke deelnemer dan ook en gaat zoiets puur om de eerste indruk die iemand van jou krijgt & zij van jou. Toch wil ik wel een lans breken voor speeddaten. Ik vind het leuker & interessanter dan online daten. Het is efficiënter en vaak ook zelfs goedkoper. Bovendien heb ik het idee dat ik er als persoon ook door gegroeid ben.

De organisatie, About Love, kan ik ook van harte aanbevelen. Persoonlijk had ik wel moeite met het feit dat iemands naam aan het begin van de date steeds op moest schrijven, maar ik weet zo snel ook niet hoe dat beter geregeld kan worden en voor de meesten zal dit ook geen probleem vormen – niet iedereen is zo slecht in fysiek schrijven als ik.

Ze hebben een keurige website waar je ook makkelijk aan kan geven met wie je wil matchen, je kunt je makkelijk opgeven voor het speeddaten, de informatie is adequaat en mocht je meer willen weten, dan kun je ze gewoon e-mailen en dan krijg je meer gegevens – zonder dat ze de anderen er mee lastig vallen.

Natuurlijk was mijn dit mijn eerste ervaring en de eerste organisatie bij wie ik aan speeddaten heb gedaan, dus heb ik geen vergelijkingsmateriaal, maar ik weet niet hoe ze het beter hadden kunnen organiseren. De locatie had wel zo zijn problemen, maar ze waren voor het eerst weer daar, na de verbouwing.

Aangezien ik nu een vrijkaartje heb, zit ik me al te bedenken naar welk evenement van ze ik nu naar toe wil – alleen zitten ze niet meer in Eindhoven, dus nu weet ik niet waar ik naar toe ga, want dan kan ik weer uit gaan leggen waarom ik zover weg aan het speeddaten ben…

Een illusie armer en een goede vriendschap rijker

Dit is een vervolg op ‘Ga je mee dansen?’

Het is voorbij.

Dat was het natuurlijk al, maar ik was eigenwijs. Ik geloofde blijkbaar zelfs mijn eigen woorden niet. Ik had meer duidelijkheid nodig. Dat heeft ze gegeven.

Dat deed alleen meer pijn dan ik verwacht had. Ik had namelijk het idee dat ik mijn gevoelens voor haar wel een beetje een plek had gegeven. Dat was blijkbaar niet zo. Dat is nogal confronterend. Wat dat betreft lijkt het contact met haar ook erg veel op het contact dat ik in het begin kreeg met ‘de andere twee’.

Ergens is dat heel mooi. Dat weet ik. Alleen vraag ik me nu af of mijn hart het verschil wel ziet tussen een goede vriendschap en, zoals ik dat noem, vriendschap+. Want tja, ik wil niet zomaar een relatie. Ik wil een romantische relatie met als basis daarvan vriendschap. Om de een of andere reden vind ik dat niet veel gevraagd, maar blijkbaar is het dat wel. Ik weet het niet. Misschien doe ik nog steeds iets verkeerd…

Nee, ik denk toch van niet. Het is vooral dat ik het heel erg graag wil en dat ik me vast grijp aan elke strohalm die ik tegen kom. Dat ik niet wil toegeven, dat ik het niet wil loslaten. Dat ik de realiteit té pijnlijk vind en dat ik daarom liever in mijn illusie blijf leven. Cognitieve dissonantie in optima forma. Dus wat dat betreft doe ik wel iets verkeerd. Ik doe mezelf iets aan en dat is iets dat ik mezelf best wel kwalijk kan nemen.

Tegelijkertijd moet ik ook gewoon accepteren dat het zo is. Dát ik dat gedaan heb. Ik weet nog niet of het me lukt om er iets van te leren, want het is nu de derde keer dat mij zoiets in deze mate overkomt. Ik houd van haar, maar ik moet gewoon meer van mezelf houden. Dat ik haar aandacht niet anders interpreteer dan voor wat het is. Oprechte interesse in mijn persoon, zonder dat ze meer wil.

Misschien is het zo dat ik hier nog even mee worstel. Misschien is het ook zo dat het ‘bij de ander’ op zal vallen dat ik graag wil. Het kan zijn dat dit een struikelblok vormt. Alleen ga ik me dat niet te veel kwalijk nemen. Tenslotte is het heel gezond voor een man als hij wat hunkert naar wat liefde, nietwaar?

Mezelf anders presenteren vind ik alleen zo lastig. Er zijn zoveel facetten aan mij en mijn bestaan en hoe ik in het leven sta, dat ik het heel erg lastig vind om in sommige situaties mezelf voor te stellen. Ik weet namelijk nog altijd niet wat mij mij maakt. Ik hoef me niet anders te presenteren dan ik ben, want zolang ik eerlijk ben over wat aan mij gevraagd wordt, dan kom ik best goed over.

Laat ik daar mezelf nu maar aan houden. Dat mensen mij over het algemeen goed gezelschap vinden en dat ik niet veel moeite hoef te doen om hun vriendschap of liefde te krijgen, want zoals gezegd: meedoen is belangrijker dan winnen.

“Ga je mee dansen?”

Dit is een vervolg op ‘De dame van de dansvloer‘.

Ik wist niet dat het nog kon. Ik wist niet dat ik er nog ruimte voor had.

Jaren geleden heb ik de liefde van mijn leven ontmoet. Ik noem haar nog wel eens zo, gekscherend, ook al hebben we nooit iets gehad. 4 jaar daarna heb ik iemand ontmoet waar het ook ontzettend mee klikte. Iemand die je gewoon begrijpt. Die twee delen een speciaal deel van mijn hart.

Ze moeten ruimte maken. Er is iemand die ook recht heeft op dat deel van mijn hart. Iemand die ook van dansen houdt, iemand die me aanvoelt, iemand die me wil begrijpen. Iemand die lekker gek met mij wil doen. Iemand die niet zomaar alles aanneemt, iemand die me uit mijn comfortzone laat stappen zonder dat ik er last van heb.

Iemand die me accepteert zoals ik ben en graag wil weten wat dat inhoudt.

Eerst was ik bang. Dat mijn wens dat het meer kon zijn dan het is, ons contact in de weg zou staan. Ik was namelijk verliefd op haar. Was? Ik ben het ergens nog steeds wel en het zal wel even duren voordat het helemaal weg is, maar een soortgelijk, aangrenzend, gevoel heb ik ook voor de twee eerder genoemde. Iets dat voorbij gaat aan een gewone vriendschap.

Is dat pretentieus? Misschien. Het is in ieder geval ambitieus. Ik wil graag onze band verdiepen. Vermoedelijk is daar voornamelijk tijd voor nodig. Het hoeft namelijk niet meer, meer te worden dan het nu al is. Het is nogal wat voor mij om tot dit inzicht te komen. Dat ik tevreden ben met de gang van zaken en dat ik niet wanhopig op zoek ben naar iets dat niet is.

Wanneer je me dit enkele jaren geleden verteld had dat ik zo’n emotionele gemoedstoestand zou bereiken, dan had ik je waarschijnlijk niet geloofd. ‘Zij die het weten, kunnen het niet uitleggen. Zij die het niet weten, kunnen het niet begrijpen.’ Die stelling is erg van toepassing nu.

Nee, helemaal snappen doe ik het ook nog niet, maar begrijpen des te meer. Het is niet alsof ik al die jaren geleden iets verkeerds gedaan heb. Ik wist gewoon niet beter. Tegelijkertijd zou het niet uitgemaakt hebben als ik toen wat anders had gedaan, want de liefde was niet, op die manier, wederzijds. Het is alleen wel zo dat ik mezelf dan een hoop lijden had kunnen besparen, maar men zegt wel eens dat je zonder pijn niet kunt groeien.

Nu staat ik er wat meer ambivalent in. Wat meer nonchalant als je wil. Het is niet dat het me niet interesseert, integendeel, maar ik snap beter waarom ze zeggen dat je het spel dient te spelen, maar zonder proberen te winnen, want het spel, op zich, is het doel.

Dus ja, ik ga graag mee dansen, want tenslotte is “Ga je mee dansen?” een hele andere soort vraag dan “Wil je met mij dansen?”.

Ik wist niet dat het nog kon, maar zij maakt het verschil.

Land van Nooit [Quli]

Er was eens een tijd dat ik een echte Pokémaniac was en dat ik me niet eens interesseerde in het andere geslacht. Dit verhaal gaat over de vrouw die dat veranderde.

Op een dag in Mei 2008 kwam ik samen met wat vrienden bij een vriend aan. Die vriend had aangegeven dat er die avond ook nog een vriendin van hem zou zijn en of wij dat erg vonden. Dat was niet het geval. Uiteindelijk zijn mijn vrienden aan mijn tafel gaan zitten om Magic te spelen. Zij en ik speelden geen Magic, maar we deelden wel een andere hobby: Pokémon Die bewuste avond hebben wij, al Pokémon spelend, doorgebracht op de bank bij die vriend thuis.

Het was heel gezellig en we hebben ons vermaakt. We hebben gelachen en Pokémon (heen en weer) geruild. Iets met een Deoxys. Ik weet niet meer hoe de avond eindigde, maar we hebben geen telefoonnummers uitgewisseld en ik ben gewoon terug naar huis gefietst met mijn vrienden.

De volgende dag realiseerde ik mij dat ik haar wel erg leuk vond. Ik was verliefd. Ik vroeg aan onze gemeenschappelijke vriend of hij dat tegen haar kon zeggen en of hij mij in contact kon brengen met haar. Zo hebben we alsnog elkaars telefoonnummers gekregen. We hebben elkaar ook toegevoegd op Hyves en wisselden berichtjes uit. Na verloop van tijd heeft ze te kennen gegeven dat zij een relatie niet zag zitten vanwege mijn bipolaire stoornis. Ze had opgezocht dat sommige mensen die manisch-depressief zijn wel eens vreemd kunnen gaan tijdens een manie.

Mijn argumenten dat ik al jaren stabiel was (ik ben vanaf half 2004 tot eind 2009 stabiel geweest), mochten niet baten. Toen ik haar vroeg of het ooit iets kon worden, heeft ze ‘Nooit’, gezegd. Dat was erg prettig, want daardoor kon ik verder met mijn leven. Ondanks dit alles, hebben we contact gehouden. Dit contact was niet altijd even frequent of intensief, maar het was prettig dat ze in mijn leven was. We hebben elkaar veel verteld en lief en leed gedeeld.

Ik heb wel eens gezegd dat het voor historici en biografen nog wel eens lastig kan worden om te reconstrueren hoe mensen door de decennia heen contact met elkaar hebben gehouden en daar blijf ik bij, want het is geen doen om te achterhalen hoe vaak en wanneer en waarmee we contact hebben onderhouden. SMS, bellen, E-mail, Hyves, Skype, Facebook, WhatsApp. Voor het leeuwendeel moet ik dus alles uit herinnering doen, maar wat ik uit de correspondentie die er was wel af kon leiden, is dat we regelmatig meer dan 3 maanden geen contact hadden. Voor mijn gevoel zijn is er zelfs een jaar geweest waarin we geen contact hadden.

Hoe dan ook, ik ben van Facebook afgegaan eind 2014. Zij was de enige van mijn Facebook-vrienden die graag contact wilde blijven houden. Om dit aan te geven, maakte zij dit duidelijk aan de man die voor onze ontmoeting had gezorgd. Dit was eind februari 2015, maar er was dan ook het een en ander gebeurd in haar leven in de tussentijd. Het laatste dat ik op Facebook van haar had gelezen, was dat ze ging trouwen. Op het moment dat ik weer contact met haar kreeg, was ze vrijgezel met kind.

Ergens in 2015 hebben wij plannen gemaakt om naar de Efteling te gaan in 2016. We hebben het hier meerdere keren over gehad. Nog voordat de tijd aanbrak waarop het lekker weer werd, kwam zij met de site ‘Geek Love’ aanzetten. Via deze dating website voor geeks werd ik verliefd op een vrouw. Hier heb ik het met haar veel over gehad en ze gaf aan dat ze o.a. daarom in 2008 niet iets met mij wilde beginnen, omdat ik zo snel en zo heftig verliefd werd. Toen ik zo’n moeite had met die onbeantwoorde verliefdheid kreeg haar moeder kortingsbonnen, waardoor zij onverwacht in een hotel te zitten in Oisterwijk, met moeder en kind. Dit zal eind Mei zijn geweest. We hebben gezellig gewandeld om een ven in de Oisterwijkse bossen en zij heeft er voor gezorgd dat ik niet meer verliefd was op die vrouw van Geek Love, ook al heeft die vrouw nooit bewust ‘Nee’ gezegd.

Dit is best een overwinning geweest, zowel voor haar als voor mij. Ik heb mijn verliefdheden nooit zo in touw kunnen houden en werd altijd meteen hotel de botel met een koe op zolder. Dit heeft altijd veel druk op mijn ‘mogelijke’ relaties gezet en zij heeft me verteld dat ze, op afstand, er al langer voor heeft proberen te zorgen dat ik dit inzag. Hierdoor heb ik een boek gekocht ‘Verslaafd aan Liefde’, wat mij heeft geholpen met het omgaan met verliefdheden. Ook om het verschil te zien tussen een echte verliefdheid en een, wat zij noemt, ‘bevlieging’. Het is nogal een wezenlijk verschil om echt verliefd te zijn en verliefd te zijn op een idee dat je van iemand hebt. Vriendinnen van mij hebben dit verhaal kunnen bevestigen en ook mijn trainer die mij helpt bij dit soort ‘perikelen’ is erg blij dat ik dit heb kunnen leren.

Tegelijkertijd heeft deze overwinning ervoor gezorgd dat zij anders ging kijken naar mij. In eerste instantie gebeurde er niets, omdat ik op date ging met iemand die ik níet kende, maar daar is enkel een vriendschap uit voort gekomen. Daardoor ontstond een gesprek met haar tijdens het praten over Pokémon GO. Zij had de dag dat het officieel uitkwam een vriendinnen-avond en ik heb 6 1/2 uur Pokémon GO gespeeld. De volgende dag wisselden wij ervaringen uit. Tijdens dat gesprek vertelde ze dat er een 21-jarige jongeman een avontuurtje wilde met haar. Ze is net als ik 31 en zat daar niet op te wachten, maar daardoor zal ze wel na gedacht hebben over het een en ander, want ze stelde de vraag:

“Wat vind je eigenlijk van mij”

Waarop ik zei: “Veel.”

Daarmee was het startsein gegeven en diezelfde vraag stelde ze ook tijdens een telefoongesprek, waarop ik het andere antwoord herhaalde: “Je bent onder andere geweldig.”
Tijdens datzelfde WhatsApp gesprek gaf ze ook aan dat ze niet zo gediend was van een man die ook in de Pokémon GO WhatsApp groep zat die ik twee weken daarvoor had aangemaakt, waar veel bekenden van mij in zaten. Ik had alleen niet van iedereen het telefoonnummer, dus ik had aan een bekende van mij gevraagd die wel die nummers had om de rest toe te voegen, maar hij voegde ook die man toe, die ik niet kende.

De volgende dag, een maandag, heb ik haar een lange e-mail gestuurd met wat dat ‘Veel’ allemaal precies voor mij inhield. De volgende dag stuurde ze een e-mail terug en eindigde dit met ‘Uiteraard sta je vrij om te daten e.d. maar dan weet je iig wat er speelt.’
Ze had wel gevoelens voor mij, maar ze was er nog niet achter of dit meer dan vriendschap was. Hierdoor kwam het dat ik op donderdag 21 juli een gesprek had met een vrouw tijdens Ons Systeem. Vlak voordat ik moest vertrekken vroeg ik aan deze vrouw: “Zou je het leuk vinden als ik je een keer bel?”, waarop zij antwoordde: “Nee, dank je.”
Onderweg terug wilde ik dit aan haar vertelde, maar ze kon niet meer bellen, dus stuurde ik een lang WhatsApp bericht waarop zij reageerde met: “En natuurlijk vind ik het niet erg als je me verteld over wat je meemaakt 🙂 immers ben ik gewoon nog steeds dezelfde … hoor ^^”

Een paar dagen later, op 24 juli, krijg ik wat berichtjes van haar. Ze eindigt met: “Ik denk dat ik een keer met …. ga afspreken” waarbij op de puntjes de naam van ‘die man’ zou staan. Waarna ze ook nog eens aangeeft, dat het plannen van die man waren. Ik was nogal verbaasd, maar aangezien ik mocht daten, mag zij natuurlijk ook daten…
Alleen vertelde ik haar mijn gevoel dat ik het niet zo prettig vond en toen gaf ze aan:
“Mja ik zal je heel eerlijk zeggen dat wel even 2x moest lezen toen jij vertelde over dat andere meisje.. Het was immers net nadat ik je die e-mail had gestuurd.

En ik denk dat ik et ook eigenlijk niet had verwacht. En dat dat meer de reden was dat ik et 2x moest lezen.”

Later gaf ze tijdens het appen aan dat ze het lastig voelt en dat ze ‘die man’ niet verteld had over haar gevoel voor mij. Op 30 juli vertelt ze me dat ze ‘die man’ gezien had, maar pas nadat ik een gesprek begonnen was met haar. De openheid en eerlijkheid die we hadden begint nu te verdwijnen… Ik wil er met haar over praten, maar ik krijg geen gesprek meer voor mekaar. Ik praat er met zowat iedereen over die er voor open staat. Ik ga er van uit dat het nu voorbij is.
Op 5 augustus hebben we een telefoongesprek. Daarin geeft ze aan dat ‘die man’ agressief was en dat ze niet verder met hem gaat. De gesprekken komen terug, alhoewel het soms lang duurt voordat ze reageert, een keer zelfs een hele werkweek.
We besluiten dat we elkaar beter willen leren kennen en dat we weer gaan e-mailen. Ik stuur haar een e-mail over muziek, maar ik krijg daar geen reactie op. Ik wil ook ouderwets gaan chatten, via Skype bijvoorbeeld, maar dat komt ook niet van de grond.

Tijdens het avondeten bij mij thuis op 15 augustus vertel ik dat ik contact heb met haar en de huisgenoot die haar op Facebook heeft verteld dat ze een relatie heeft met ‘die man’. Diezelfde dag heb ik via Telegram een gesprek met een vriend van haar, een jongen die ook Pokémon GO speelt en later toegevoegd is aan de WhatsApp groep en die ik al best veel gesproken heb en hij bevestigt het verhaal van mijn huisgenoot. Daarop besluit ik om haar hiermee te confronteren. Nog diezelfde avond heb ik een WhatsApp-gesprek met haar. Ze ontkent niet, ze maakt geen excuses, ze zegt geen sorry, ze gaat alleen maar zielig doen. En praten over ‘die man’.

Ik gooi de rol van gekwetste geliefde al snel van mij af en trek mij terug in de rol van vriend. Een manier om mij te beschermen en ik vraag haar de volgende dag:
“Oké. Sterkte.
Laat je me weten wat je gevoel zegt als je het weet?
Tot dan.”

Ze reageert meteen met:
“Ja doe ik”

Op dat punt heb ik het ook écht gehad met haar. Ik was boos. Gekwetst. Op dat moment kon ik mij niet herinneren dat iemand me zo gekwetst had. In mijn gedachten gaf ik haar nog een kans. Als ze binnen een week zou reageren en kon vertellen wat haar gevoel zei en waarvoor ze koos en aangaf wat ze wilde van mij of hoe wij ons nog tot elkaar konden verhouden, dan zou ik haar nog een kans geven.

Een week gaat verder en ze reageert niet. Ook al is dat hetgeen dat ik verwacht had, ik had het natuurlijk niet gehoopt. Ik hoopte dat ze in zou zien wat ze gedaan had. IJdele hoop blijkbaar. Alleen begint het besef te zakken wat er gebeurt is. Wat ze gedaan heeft. De liefde die ik voelde voor haar zet zich om in haat. Ik proef wraakgevoelens. Een vriendin zegt me dat ik het tegen ‘die man’ moet zeggen. Ik heb zijn telefoonnummer, maar omdat ik weet dat hij agressief kan zijn heb ik het nog steeds niet gezegd. Alsof ik haar wil beschermen tegen hem. Ben ik echt te lief voor deze wereld?

Er gaat nog een halve week voorbij en weer geen reactie. Het begint zijn tol te eisen. Op een bewuste nacht dat ik van de stad naar mijn woonplaats fiets, krijg ik het heel erg lastig. Ook al was ik op tijd terug naar huis gegaan, ga ik niet op tijd slapen, want ik kan mijn gedachtes niet tot rust krijgen. De volgende dag viert mijn oudste schoonzus haar verjaardag bij mijn moeder thuis. Ik kom 4 uur te laat, onder andere omdat ik zo langzaam fiets dat hardlopers mij inhalen. Ik probeer mijn stemming nog te verbeteren door het spelen van Pokémon GO, maar dat lukt niet.

Het is net alsof dat spel me nog meer doet denken aan haar. Ze heeft natuurlijk van origine natuurlijk al een grote verbintenis met Pokémon, maar ik heb de WhatsApp groep opgericht voor haar, want ik speelde het spel nog niet. Zo’n beetje iedereen in die groep heeft namelijk niet gewacht op de officiële uitgiftedatum, terwijl ik dat wel deed. De WhatsApp groep wordt niet meer gebruikt en het spel speel ik al bijna een week niet meer. Ergens voel ik me beter daardoor, maar de redenen waarom ik gestopt ben met spelen, vind ik niet zo goed. Stoppen met een spel, omdat het je doet denken aan een verloren liefde? Een verloren vriendschap?

Ondanks dit alles, weet ik dat zij altijd veel voor mij zal betekenen, ondanks haar gedrag. Of we ooit nog vrienden zullen worden weet ik niet. Ik ben al blij dat de haatgevoelens voorbij lijken te zijn. Het is namelijk waar wat ze zeggen. Het neemt je over. Overgeven aan haat is heel kwalijk, wat dat betreft kun je beter gewoon boos of zelfs kwaad zijn. Op zich is het ergens wel een goede levensles, ik weet nu zeker dat ik toch echt wel grenzen heb en wat ik doe als die grenzen worden overschreden.

Na 2 1/2 week, op vrijdag 2 september, stuurde ze overigens nog wat berichtjes, maar dat is het melden bijna niet waard. Een stel berichtjes over haarzelf en daarna, toen ik niet meteen reageerde, ‘Ik mis je’. Ik heb overigens helemaal niet meer gereageerd.
De volgende dag, gisteren, stuurde ze:
[11:03, 3-9-2016] Zij: Geen reactie
[11:03, 3-9-2016] Zij: Snap ik wel 🙁

Op het moment van dit typen, ben ik nog steeds niet van plan om te reageren.
Dat heeft met allerlei factoren te maken. Ik wil eerst voor mezelf duidelijk hebben wat ik van haar wil. Ik wil geen geliefde meer zijn, maar voor vriendschap heeft ze mijn vertrouwen toch ook wel heel erg geschonden. Zal ik haar ooit uitleggen waarom ik nu niet reageer? Vast wel. Neem ik op als zij deze week belt? Nee… ze mag mijn voice-mail in spreken. Ze is vrij om mij te e-mailen, het is niet alsof ik haar helemaal ga blokkeren of iets dergelijks. Dat is nergens voor nodig.

Het voornaamste heb ik al gedaan door er over te typen. Tenslotte verwerk ik heel veel door het voor me te zien. Het te ordenen. 3 uur en 4 pagina’s later kan ik wel zeggen dat het gebeuren me wel wat minder doet. Alsof je een hoofdstuk afsluit.

Oorspronkelijk gepubliceerd in Quli op zondag 04-09-2016 17:38

“Denk je dat het mogelijk is om de wereld realistisch te zien en niet depressief te zijn?”

Deze vraag werd mij gesteld door een goede vriendin van me. Mijn eerste antwoord was: “Jazeker”. Daar nam ze, terecht, alleen geen genoegen mee. Vandaar dat ik dit nu typ, want ik ga uitleggen hoe ik dit nu zie.

Laat ik voorop stellen dat het mij niet is gelukt, indertijd. Het is heel moeilijk om jezelf staande te houden als je beseft hoe de wereld in elkaar steekt. Dat wil alleen niet zeggen dat het niet mogelijk is. Je moet alleen wel heel stevig in je schoenen staan en zelfs dan…

Een van de weinige overtuigingen die je dient te bezitten is een ongelooflijk geloof (in de vooruitgang van) / (in) de mensheid. Statistisch gezien gaat het ons steeds beter af. Tegelijkertijd leven we op geleende tijd. We zijn de aarde aan het uitputten op zo’n tempo die we letterlijk niet vol kunnen houden.

De vraag is hoe we daarmee om dienen te gaan. Bedenk je vooral dat het lijden in onze huidige wereld niet groter is dan het voorheen is geweest. We zijn er ons sufweg alleen meer bewust van. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat we onze kop in het zand moeten steken. Ik wil er vooral mee zeggen dat de mensheid al wel eens eerder grote problemen heeft overleefd.

“Resultaten behaald in het verleden bieden geen garantie voor de toekomst, maar bieden wel (ijdele) hoop.”

Natuurlijk weet ik niet om wat voor hoop het hier gaat, maar er zijn gewoon heel veel lichtpuntjes. Het is alleen lastig om ze te zien. Bovendien zijn ze ook nog eens slecht op waarde te schatten. Om zo’n periode als de huidige te ‘overleven’ dien je te beseffen dat, ondanks alles, de wereld het leven waard is.

Dat is alleen vrij lastig. Het overkoepelende model dat nu gehanteerd wordt, neoliberalistisch hyperkapitalisme, biedt gewoon weinig zingeving uit zichzelf. Dat moeten wij mensen zelf doen. Dat is alleen zo’n grote verantwoordelijkheid dat je daar zelf haast al depressief van wordt.

Mijn voorstel, mijn ideaal, is dan ook om ervoor te zorgen dat dit model afgedankt wordt door ervoor te zorgen dat de factor kapitaal minder belangrijk wordt. Als we geld kunnen hervormen, dan verandert het hele stelsel, mits het goed gedaan wordt. Natuurlijk betekent dat iets ‘kan’ natuurlijk niet meteen dat iets gebeurt, maar het geeft mij wel een goed doel in het leven. Iets om voor te streven.

In zekere zin is het dus wel heel belangrijk om ergens in te geloven, want je kunt niet wéten dat het goed komt. Je hebt enkel je geloof. Dat doet mij dan weer denken aan ‘vertrouwen hebben in de economie’, maar dat is een heel ander onderwerp.

Klaarblijkelijk heb ik geen concreet voorbeeld waaruit blijkt dat dit vertrouwen ergens op gestoeld is. Het is alleen wel zo dat dit geloof mij staande houdt. Alleen als je net ontdekt hoe de wereld in elkaar steekt, kan het nogal overweldigend zijn.

Daarom is het wel mogelijk dat iemand zich staande houdt tijdens die ontdekkingstocht, maar niet waarschijnlijk. Om te beginnen dient iemand dus al een hoop zelfvertrouwen hebben, geloven dat het goed komt en het leed van anderen kunnen ‘weerstaan’. Als je erg empathisch bent, is dit vrij lastig.

Depressie lijkt mij niet het grootste probleem waar dit alles toe kan leiden. Apathie is nog veel erger. Mensen gaan gewoon door met hun leven alsof er niets verandert is, alsof ze niet geraakt zijn door wat ze hebben geleerd.

Het is namelijk sufweg geen probleem meer als iedereen zou erkennen wat het probleem was. Als iemand dus de wereld realistisch ziet, goed in zijn of haar schoenen staat, vertrouwen heeft in de mensheid, zich realiseert dat wij ook andere problemen hebben opgelost, dan hoeft die persoon helemaal niet depressief te worden.

Boosheid is logischer. Tenslotte is dat hetgeen wat verandering kan veroorzaken – samen met liefde voor de mensheid. Veel van onze problemen hebben we zelf geschapen en kunnen we dus ook zelf oplossen. Dat de natuur nu aangeeft dat we moeten opschieten, is misschien net die externe motivatie die wij nodig hebben om ervoor te zorgen dat wij op deze planeet kunnen blijven met z’n allen.

De dame van de dansvloer

Zo’n 3 weken geleden, op 15 november 2018, ging ik samen met mijn beste vriend naar een concert van Metric, een van mijn favoriete bands. Hij vind de band ook leuk – het was een laat verjaardagscadeau. Na een voorspoedige reis en een aangenaam toeven in de Werfkring gingen we naar Tivoli, waar het concert plaats zou vinden in ruimte Ronda.

Niet alleen heb ik een mooi & fijn vest gescoord, een DVD van Money as Debt aan de band gegeven en naar hele mooie muziek geluisterd, ik heb ook contact gekregen met iemand. Na afloop van het concert dacht ik slim te zijn door snel naar de eerste verdieping te gaan om daar naar de WC te gaan. Terwijl ik dat deed, liep ik langs de dame die ik gezien had in de concertzaal.

Ze was mij opgevallen, omdat ze een van de weinige aanwezigen was die ik zag dansen en dat vind ik heel prettig in een vrouw. Ik ben doorgelopen, omdat ik onderweg was naar de WC, maar de WC’s op de eerste verdieping bleken juist heel druk. Ik besloot dus om terug naar de tweede te gaan. Ik liep dus weer langs de danseres die in een soort van hoekje stond. Ze keek niet mijn kant op, maar ik nam me voor dat als ze er straks, als ik naar de WC was geweest, nog steeds stond, om er aan te spreken.

Toen ik bij de WC aankwam, bleek ik helemaal niet te hoeven! Nadat ik mijn handen gewassen had, ben ik daarom terug gegaan. Ik weet nog steeds niet waarom ik dacht dat ik naar de WC moest. Misschien moest ik serieus wel in het begin, maar hoefde ik opeens niet meer door de omstandigheden. Ik snap het nog steeds niet. Afijn, ik ging de trap af en ze stond er nog steeds.

Ik stapte op haar af en vroeg: “Ben je aan het nagenieten van het concert?” Ze stond namelijk nog steeds te dansen. In eerste instantie verstond ze me niet, dus herhaalde ik mijn vraag. Ze zei iets in de trant van “Nee, ik ben op de muziek van de piano aan het dansen, dat is misschien nog wel mooier dan het concert.” om er dan aan toe te voegen: “Jij bent zeker wel een echte fan?” Dit zei ze vanwege mijn vest.

Het ijs was gebroken. We raakten aan de praat. Eerlijk gezegd weet ik alleen niet meer goed waar we het allemaal over gehad hebben… over muziek geloof ik. Ik had gezegd dat ik psy-trance leuk vond, terwijl dat muziek is die ik zelden tot nooit luister…

Na verloop van tijd zag ik mijn vriend lopen en realiseerde me dat het moment van ‘afscheid’ was aangebroken, omdat we naar het station moesten om de trein terug naar Oisterwijk te halen. We wilden sociale media uitwisselen, maar ik had geen Facebook en zij had geen Twitter, dus gaf ze mij haar telefoonnummer!

In de trein heb ik haar een SMS gestuurd, omdat ik mijn telefoonnummer helemaal niet aan haar gegeven had….ze gebruikte WhatsApp om een bericht terug te sturen. Aangezien het toen al midden in de nacht was en het een enerverende dag was geweest, heb ik toen besloten om maar niet meteen te reageren. Sterker nog, ik besloot op vrijdag om haar voornamelijk een fijn weekend te wensen en dat wenste zij mij zaterdag ook.

Vervolgens werd het dinsdag en zaten wij allebei vermoedelijk op WhatsApp Desktop en raakten we aan de praat. Ik denk dat ik toen ergens begonnen ben over Within Temptation. Ik wilde in de toekomst namelijk graag nog een keer met haar gaan dansen – of naast haar. Dat leek haar ook wel wat.

Donderdagavond hadden we weer contact en toen stelde ze voor om vrijdag, de dag erop, te gaan! Daar ben ik akkoord mee gegaan, maar dit veroorzaakte die ochtend wel heel veel zenuwen. Niet alleen omdat ik mijn gewone tas niet mee kon nemen, maar vooral omdat ik haar dan weer ‘in het echt’ zou spreken en dat ze iets met mij had afgesproken. Ze wilde mij serieus beter leren kennen.

Wordt vervolgd…