Gelukkig zonder computer

Afgelopen weekend heb ik met vrienden een weekend doorgebracht bij een van die vrienden en dat weekend heb ik mijn computer niet gebruikt en ik was gelukkig. Misschien wel handig om er bij te vertellen dat er tijdens dat samenkomen wél heel veel gebruik gemaakt is van (draagbare) spelcomputers. Het heet zelfs een ‘SNES-weekend’. Alleen vind ik dat toch anders, want het is veel socialer. En gezelliger, dat vooral.

Hier wil ik mee aangeven dat ik wel degelijk goed zonder mijn computer kan en dat ik dat apparaat strikt genomen niet nodig heb. Wanneer je dat verbindt met het feit dat ik geld uit geven vrij lastig vindt, zal het je wellicht verbazen dat ik een nieuwe gekocht heb. Het is niet alsof mijn computer stuk is. Soms denk ik dat hij langzaam aan het stuk gaan is, maar dat blijkt wel mee te vallen. Het beestje is wel al ruim 6 jaar oud.

Dat betekent dat de hardware verouderd is en deze hardware was al niet geweldig om mee te beginnen, want een iMac is toch een ‘laptop op pootjes’ die standaard geleverd wordt met specificaties die niet zo geschikt zijn voor het gamen. Nu, daar heb ik met mijn nieuwe exemplaar wat aangedaan.

Mijn iMac 2019 heeft een goede grafische kaart, een grote SSD van 1000 GB en ook extra RAM geheugen dat er nog met de hand ingestoken gaat worden. Het bleek namelijk dat dit later nog aangepast kan worden, dus hoef ik niet meteen hoog in te stappen met het geheugen en ‘bespaar’ ik dus op de initiële kosten van de machine. In totaal zal ik zo’n 24 GB RAM geheugen hebben, dus daar kan ik even mee vooruit!

Dat is ook de bedoeling, want ik wil er minstens 6 jaar mee doen. Liever langer, maar de snelheid waarmee de grafische kaart verouderd is van te voren lastig te zeggen. Misschien kan ik sommige spellen niet spelen over een paar jaar. Nu ben ik niet van plan om heel veel spellen te gaan spelen op mijn computer, want ik speel sowieso weinig. Het is fijn om de optie te hebben en de mogelijkheid om met behulp van Windows nu meer spellen te gaan spelen is ook aanwezig.

Er werd mij op een forum gevraagd waarvoor ik het apparaat ging gebruiken om daarop de specificaties aan te passen. Ja… dat was en is dus een lastige vraag, want ik was gewend dat ik enkel spellen kon spelen die uitkwamen voor macOS. Tegelijkertijd is het ook niet dat ik het apparaat nu opeens vaker ga gebruiken om te gamen, omdat het kán.

Ik heb mijn iMac voornamelijk om muziek te luisteren, te browsen, te e-mailen, iets op te zoeken, nieuws(brieven) te lezen, te discussiëren op fora en gebruik te maken van sociaal netwerken. Oh ja, en chatten, dat doe ik ook. Als ik zo naar mijn Dock kijk dan heb ik daar al 6 chat-apps staan die ik dagelijks tot wekelijks gebruik.

Hierdoor heb ik vaak tal van programma’s open staan. Daarvoor gaat het extra RAM geheugen heel fijn zijn. Dan hoef ik niet meer programma’s te sluiten of me in te houden met tabbladen bij Firefox – alhoewel dat ergens wel een goede gewoonte is, om die te beperken. Je kunt overigens tegenwoordig makkelijker wisselen naar een tabblad die je open hebt staan door ‘% + een trefwoord’ (van dat tabblad) als input te geven in de adresbalk. Erg fijn.

Al met al ben ik vrij tevreden met mijn aankoop en dat mag ook wel, want het wordt mijn grootste aankoop ooit. Er is me dus wel het een en ander aan gelegen dat het goed voor elkaar komt. Veel mensen zouden het een dure aankoop vinden. Ik vind het ook wel prijzig, maar duur kan ik nog niet zeggen. Tenslotte gebruik ik zo’n apparaat dus ook best veel en misschien ga ik het apparaat ook vaker of langer gebruiken.

Nee, ergens is dat geen doel op zich, dus het zou ook fijn zijn als ik het tegelijkertijd vooral op een andere manier zou kunnen gebruiken. Op een manier dat er een venster op de wereld voor mij open gaat, als je begrijpt wat ik bedoel. 😉

Dat doet me denken. De manier waarop ik mijn computer gebruik is juist mijn manier waarop ik gegevens die ik binnen krijg verwerk. Daarvoor is dit blog ook grotendeels bedoelt. Zodat ik zaken waar ik moeite mee heb op een bepaalde manier kan verwerken. Het is niet alsof dit besluit me in de koude kleren is gaan zitten. Ik vond het nogal stressvol.

Had ik al gezegd dat ik in April 2017 begonnen was met sparen voor deze computer? Om even aan te geven dat het totaal geen impulsieve beslissing is geweest en dat ik verwacht had dat ik een half jaar geleden al deze knopen al door had moeten gaan hakken? Ja, het zou goedkoper zijn geweest om twee computers te kopen. Als je al deze onderdelen los koopt ben je ook goedkoper uit, maar dan heb je geen macOS en ik wil dat graag!

Allemaal beslissingen nemen die je op de lange termijn last kan gaan brengen, omdat je nu iets verkeerds beslist. Gelukkig heb ik veel hulp gehad en heb ik er vertrouwen in dat ik de juiste beslissing heb genomen.

Overigens, computers van Apple worden zelden goedkoper, wanneer er nieuwe modellen komen dan gaan de specificaties omhoog. De prijzen blijven daarbij gelijk. Het gebeurt wel eens dat de ‘upgrades’ goedkoper worden, maar ik heb bijvoorbeeld een andere soort SSD gekozen om in de machine te plaatsen en daarbij heb ik ook honderden euro’s bespaard.

Dit kan trouwens de laatste keer zijn dat ik een bijdrage typ voor mijn blog op deze iMac, want ik verwacht dat het apparaat vrijdag aanstaande geleverd wordt. Het bijbehorende geheugen wordt later vandaag al geleverd.

Ik blijf wel typen op het toetsenbord dat ik nu gebruik, want die ruil ik niet in. Ik heb geen behoefte aan een draadloos Bluetooth toetsenbord die niets meer kan dan het toetsenbord dat ik nu gebruik. Ik realiseerde me net dat dat toetsenbord gewoon USB 3.0 heeft en dat ik daar de USB-kabel van mijn iPhone ook gewoon in kan steken. Zo herinner je nog iets!

Mijn opstelling wordt dus steeds netter. Natuurlijk weet ik niet wat ik nog meer met mijn computer zou willen gaan doen in de toekomst. Misschien ga ik ooit video bewerken, maar als ik zie hoe weinig ik al met foto’s doe, lijkt me dat onwaarschijnlijk.

Ja, ik realiseer me dat ik hierdoor nog meer verbonden zal worden aan Apple. Dat is ergens wel raar, om mijn grootste uitgave ten deel te laten vallen aan ’s werelds rijkste multinational terwijl ik toch echt Geld Filosoof ben. Ik weet het niet, misschien is het de privacy, het gebruiksgemak, hoe het allemaal met elkaar werk of zo. Toch, blijft het een zeer kapitalistische multinational.

Ondanks dat zijn de stressniveau’s al wel gedaald. Er is sprake van berusting. Het zal in het begin nog wel spannend zijn, maar vooralsnog is er nu vooral sprake van voorpret. Het typen van dit stukje is gewoon even verwerken en herstellen, zodat ik weer verder kan gaan.

Ik heb deze week nog wel het een en ander te doen, want ik was al langer van plan om mijn computer een beetje digitaal af te stoffen. Stiekem heb ik een heleboel software en documenten op mijn computer staan die niets doen en ook niet meer gebruikt gaan worden, dus dat moet ik nog uitzoeken en/of verwijderen.

Het gaat nu echt gebeuren. Ik ben er klaar voor en ik heb er zin in. Ik mag dan gelukkig zijn zonder computer. Ik ben waarschijnlijk gelukkiger met allebei: soms ben ik gelukkig zónder computer, soms ben ik gelukkig mét een computer. De afwisseling is het best. Het een sluit het ander niet uit.

De gevolgen van Gelukzaligheid [Quli]

De weg kwijt zijn, van het padje af, met je ziel onder je arm lopen, kortom:
Als je jezelf kwijt bent, dan twijfel je aan alles.

Gelukkig ben ik daar bekend mee. Dat wil overigens niet zeggen dat ik even helemaal aan de grond zat en dat ik iemand nodig had die me erdoorheen praatte. Iemand die op het juiste moment de juiste dingen weet te zeggen. Wat is er nu precies aan de hand dan?

Dat is een lang verhaal en wat nu volgt is op zichzelf al een samenvatting van hetgeen er voor gevallen is. Afgelopen zondag was een katalysator. Voor de ingewijden, dit had een soortgelijk effect als een verliefdheid. Vandaar ook de titel van dit stuk.

Meer dan de helft van mijn leven geleden begon ik Pokémon te spelen. Aangezien dat spel uitsluitend om het maken van keuzes gaat, is dat spel uitermate geschikt voor mij. Niet voor niets is mijn levensmotto ‘Keuzes maken de Mens’. Uiteraard was ik meteen verslaafd.

Het besluit om Pokémon te gaan spelen heeft veel impact gehad op mijn leven, niet in het laatst op mijn sociale leven. Vriendschappen werden verbroken en werden geschapen. De game vereniging waarvan ik al meer dan een decennium lid ben, heb ik gevonden door een evenement dat zij indertijd op wilden stellen voor Pokémon.

Kortom, het besluit om samen het spel te gaan spelen heeft mijn leven getekend. Al die jaren ben ik me er niet bewust van geweest dat er een gemeenschap van spelers bestond in Nederland die elkaar bevochten met Pokémon. Daar kwam ik afgelopen zondag dus achter. Ik heb me dan ook goed vermaakt die dag en mijn stemming was op de terugweg zo uitgelaten dat het me niet uitmaakte dat deze 6 uur duurde.

Waarom maakt me dit dan toch zo intens verdrietig? Waarom kan ik niet meer nagenieten van zo’n speciale dag? Waarom maak ik het mezelf zo lastig?

Dat komt doordat mijn zelfvertrouwen een boost heeft gekregen en op de een of andere manier laat mijn ego dit niet toe. Het kan en mag niet zo zijn dat ik me goed over mezelf voel en dat ik trots ben op wat ik bereikt heb, hoe klein dit ook mag zijn. Ik ‘moet weten’ dat zoiets vergankelijk is en dat ik dit alleen maar kon bereiken, omdat mijn vrienden een Pokémon team voor mij hebben gemaakt. Dat ik dit helemaal niet zelf bereikt heb en dat ik zo’n prestatie niet kan verlengen en dat ik niet het doorzettingsvermogen, de daadkracht of de passie heb om verder te gaan dan ik nu ben gegaan.

Dit is voor een groot gedeelte daadwerkelijk waar. Een van de spelers die ik ontmoet heb, heeft zo’n 400 uur in het laatste spel zitten, terwijl ik iets van 75 uur heb gespeeld. Om zo goed te kunnen worden als hij, dien ik simpelweg meer te spelen. De vraag die dan naar boven komt is: ben ik bereid om zoveel tijd in het spel te steken? Wil ik mijn leven aanpassen om de beste van Oisterwijk, van Nederland, van de wereld te worden?

Nee, dat wil ik niet. Mijn leven is me veel te comfortabel zoals het nu is. Het akelige alleen is dat ik dus door een droom die uitkwam, er een grotere droom uit elkaar is gespat. Dat is dus het pijnlijke. Die grove bewustwording dat ik toch niet bereid ben om mijn leven zó aan te passen om ervoor te gaan. Wat in essentie dus betekent dat ik laf ben. Of, aardiger geformuleerd, dat ik mezelf laf vind.

Ik vind namelijk dat je voor je dromen hoort te gaan en dit is mijn oudste droom. Het is veel groter en dieper dan mijn andere passies. Ik weet niet of het mijn roeping is. Ik wil alleen niet oud en gerimpeld zijn om er dan achter te komen dat het juist een week na mijn 32e verjaardag was dat ik ontdekte dat ik wel degelijk een deuk in een pakje boter kon slaan wat betreft de Pokémon metagame.

De Video Game Championships. De enige manier om er achter te komen of dat iets voor mij is, is om het te doen. Nu ik dat gedaan heb, weet ik dat ik het leuk vind en erg aangenaam vind. Tegelijkertijd realiseer ik me dat ik nu op een vork in de weg sta. Of ik blijf met mijn vrienden gezellig (casual) Pokémon spelen of ik ga er helemaal voor en ga regelmatig mee doen met toernooien zodat ik beter word en mezelf kan verbeteren.

De gevolgen van Gelukzaligheid zijn dan dus de consequenties die dit dilemma met zich mee brengt. Ik kan niet mijn gezapige leventje houden zoals het nu is en tegelijkertijd al mijn tijd, energie & geld steken in het bedenken, maken en gebruiken van mijn Pokémon team. Welke route ik ook neem, welke weg ik bewandel, wat ik ook doe – iets moet ‘geven’. Ik kan het niet allemaal hebben…

Hopelijk heb ik het mis en bestaat er een gulden middenweg waarbij ik zo nu en dan mee kan doen aan een toernooitje en toch mijn leven kan behouden zoals het nu is. Tegelijkertijd realiseer ik me dat dat alleen zou betekenen dat ik dan voor de zoveelste keer iets halfslachtig doe. Dit alles doet mij namelijk denken aan hoe ik naar mezelf kijk en wat ik van mezelf vind.

Ik weet niet wat ik ben. Ik weet wel waar ik voor sta, maar verder dan filosoof kom ik amper als iemand mij vraagt wat mij mij maakt. Ik ben een Pokémaniac, een geld filosoof, een receptionist, een ICT-er, een vriend, een broer, een zoon. Een twijfelaar, een hippie, een denker, een speler. Ik ben aardig, ik kan goed luisteren, ik ben lief, ik wil vrede. Ik hou van muziek en van dansen, ik kan goed uitleggen, ik heb geduld, ik ben traag.

Wat maakt het dat zoiets ogenschijnlijk onbenulligs als een Pokémon toernooi zo veel bij mij los maakt? Waarom kan ik niet gewoon spelen en gelukkig zijn? Ben ik geboren om moeilijk te doen? Is dit alles onderdeel van de strijd die mij zo bijzonder maakt? Ga ik vinden wat ik zoek als ik een van de twee paden bewandel? Wat is het precies dat ik zoek? Wil ik erkenning? Wil ik een schouderklopje?

Als een man die bekend is met extremen, ken ik de gevaren die existentiële dilemma’s met zich meebrengen. Ik kan er in verzanden. Ik kan er in blijven hangen. Wat dat betreft zal het voornamelijk de angst zijn die mij verlamd. Het feit dat er altijd wel iets gebeurd, of ik nu kies of niet. Laat dat laatste nu net mijn levensmotto zijn.

Dus voordat het nog verder uit de hand loopt dan dat het al uit de hand is gelopen, wil ik graag weten waar ik nu tussen wil (moet?) kiezen. Wat zijn de consequenties van mijn onvrede met de huidige gang van zaken? Welke zinnen moet ik verzetten om te komen tot een oplossing die mijn huidige gedrag klaarblijkelijk heeft veroorzaakt? Wat is mijn probleem?

Oorspronkelijk gepubliceerd in Quli op dinsdag 31-01-2017 21:38

Eerst moet je boos worden

Dit is een vervolg op:

“Denk je dat het mogelijk is om de wereld realistisch te zien en niet depressief te zijn?”

Aan het eind van dat stuk moest ik heel erg denken aan de film Network. Ik ben namelijk van mening dat het belangrijk is om boos te worden. Daar begint het mee.

Het is niet zozeer belangrijk dat je ergens tegen of voor bent, maar vooral opkomt voor jezelf. Boosheid is een krachtig iets. Het wordt te vaak als negatief beschouwd, terwijl het een van de weinige krachten is die verandering in gang kan zetten.

Verandering is nu net datgene wat we nodig hebben. Als we onszelf niet snel aanpassen, dan komt er verandering die wij niet willen. Verandering is namelijk de enige constante. Het is maar net hoe wij willen dat die verandering er uit komt te zien.

Vooralsnog is het zo dat we nog best veel invloed hebben op hoe die verandering er uit gaat zien, maar dan moeten we wel eisen dat er naar gehandeld wordt. De vraag of hierbij genoeg mensen bereid kunnen vinden om zich in te zetten voor deze positieve verandering is inderdaad maar de vraag.

Belangrijk daarbij is om een goed verhaal te hebben, want verhalen kunnen ons overleven. Ze vertellen later waar wij voor stonden, wat ons motiveerde en wat ons kracht gaf. In die context is het dan ook zeer belangrijk om mensen hoop te geven, want dat is hetgeen dat overblijft.

Alleen eerst… eerst moet je boos worden. Zonder boosheid geef je niet genoeg aan hoe belangrijk het voor je is. Natuurlijk kun je je boosheid niet zomaar oproepen. Het is een hele sterke emotie. Toch… bedenk eens wat er gebeurt als we niet gaan handelen en we blijven voortmodderen zoals we nu doen… zou je daar alleen al niet boos om willen worden?

Zoals in het filmpje wil ik hiermee vooral benadrukken dat het gaat om opkomen voor jezelf. Geef aan dat je de strijd durft aan te gaan. Beken kleur. Laat de wereld weten wat jij ervan vindt. Wanneer je dat gedaan hebt, kun je je gaan concentreren op de manier waarop je verandering wilt bewerkstelligen. Oplossingen zijn namelijk het probleem niet, het is maar welke kant je wilt dat we gaan.

Zolang er maar genoeg mensen zijn die op deze manier boos worden en dit delen met de wereld, is er nog tijd. Genoeg tijd om het tij te keren en onze verantwoordelijkheid te nemen.

Dus daarom zeg ik het nóg één keer:

Word boos