Simpol, simpel uitgelegd

Ooit komt er een tijd waarin het mondiale bewustzijn is gegroeid. Dat mensen niet meer alleen naar nationale overheden kijken voor oplossingen. Men zal begrijpen dat zij de wereldproblemen niet meer in hun eentje op kunnen lossen.

Simpol is een concept dat hier op in gaat spelen. Het is bedacht om destructieve globale competitie (DGC) tegen te gaan. Momenteel spelen bedrijven landen tegen elkaar uit.

Het is niet alsof bedrijven dat ‘willen’. Ze weten dat als zij dat niet zouden doen, hun concurrenten dat zullen doen en dat ze hierdoor een concurrentieachterstand gaan oplopen.

Overheden die ervoor kiezen om maatregelen in te voeren die ten koste gaan van de winstgevendheid van bedrijven zullen zien dat bedrijven ervoor kiezen om hun grondgebied te verlaten. Daarom zullen overheden over het algemeen uitkijken met welke maatregelen ze komen vanwege de consequenties die daaraan verbonden zijn.

Het is een ander verhaal als een grote groep verschillende landen tegelijkertijd, simultaan, beleid in gaat voeren. De bedrijven kunnen dan niet makkelijk naar een ander land uitwijken en daarmee zijn de ‘spelregels’ ook eerlijker, omdat het voor al die bedrijven in al die landen geldt.

Op welke manier kun je er het beste voor zorgen dat er in een hoop landen hetzelfde beleid tegelijkertijd wordt ingevoerd? Door politici te belonen!
Belonen met stemmen van kiezers.

Politici kunnen namelijk, nu al, de Simpol belofte tekenen. Hiermee geven ze aan dat ze achter de plannen staan die uitgevoerd kunnen worden met behulp van Simpol.
Kiezers kunnen namelijk supporter worden van Simpol. Hiermee geven ze aan dat ze bij verkiezingen een voorkeur hebben voor een politicus die de Simpol belofte heeft ondertekend.

Tegelijkertijd zeggen ze dus indirect dat ze liever niet op een politicus willen stemmen die de belofte niet heeft ondertekend. Hierdoor is er voor politici een duidelijke motivatie om de belofte te ondertekenen, omdat ze anders wellicht stemmen mislopen!

Op welke beleidsterreinen zal Simpol gaan werken?
Simpol is mogelijk op elk terrein waarbij landsgrenzen worden overschreden en problemen niet meer op nationaal niveau kunnen worden opgelost.

Het concept van Simpol is dus voor zo’n beetje iedereen ter wereld aantrekkelijk. Overheden, politici, burgers én bedrijven kunnen er allemaal hun voordeel mee behalen. Het enige dat dit idee nog tegenhoudt is bekendheid. De noodzaak om dit idee voor ons te laten werken wordt namelijk langzaamaan politiek steeds haalbaarder, want destructieve globale competitie (DGC) stopt niet vanzelf en we zullen daar steeds meer last van gaan ondervinden.

Natuurlijk is dit, zoals gezegd, een versimpelde uitleg. In verschillende talen is een boek over Simpol uitgegeven, ook in het Nederlands. Het verspreiden van het concept Simpol wordt zeer gewaardeerd.

De zonnige kant – momentopname #1

Gaat het goed?

Het gaat goed.

Voorheen als mensen vroegen hoe het ging dan was ik schuchter met zeggen: “Goed”.

Het is namelijk vaak zo geweest dat dit maar tijdelijk was. Dan ging het wel daadwerkelijk goed met mij, op dat moment, maar daarna niet meer. Dan ging het vervolgens daarna ’te goed’.

In mijn geval betekent ’te goed’ dat ik ontremd word. Aangezien dat bij mij betekent dat ik vervolgens hypomaan word, is dat niet iets waar ik vrolijk van word. Dat dient dan weer bestreden worden met medicatieverhoging en mezelf thuis opsluiten en een manier vinden om mijn energie te kanaliseren.

Er is dus een reden waarom ik voorheen niet zo snel zei dat het goed was. Dat durf ik nu wel te zeggen, omdat anderen het eerder vaststelden. Dat wil zeggen, het gaat al langere tijd goed met mij. Dat is natuurlijk positief.

Tegelijkertijd is het natuurlijk handig om vast te leggen waarom het nu goed met mij gaat. Zodat ik later, als het weer wat minder met mij gaat, deze blogbijdrage terug kan lezen en goed kan duiden waarom het dan bijvoorbeeld weer wat minder met mij gaat.

Aangezien ik een hoge mate van zelfkennis bezit en door de decennia heen ook al aardig bekend ben geraakt met mijn bipolaire stoornis, is het voor mij ondergemiddeld lastig om vast te stellen waarom het goed met mij gaat.

Zo ervaar ik weinig stress. Dat is het belangrijkste. Omgaan met stress is lastig, zeker als het te maken heeft met onzekerheid.

Mijn emotie en ratio zijn niet in conflict met elkaar. Ze kibbelen af en toe wel wat met elkaar, maar over het algemeen zijn de interne dialogen die ik ervaar zelfs constructief te noemen. Ja, ik zou dan ook zeggen dat ik gelukkig ben.

In mijn persoonlijke leven heb ik weinig tot geen zorgen. Als ik me al zorgen maak, dan is dat via proxy. Dan maak ik me zorgen over naasten. Door de jaren heen heb ik een manier gevonden waarmee ik in dat soort situaties enige afstand kan nemen, zodat ik behulpzamer ben.

Ik maak onderdeel uit van een geheel. Dat doet natuurlijk iedereen. In dit geval bedoel ik vooral mijn werk voor Stichting Ons Geld en Simpol. Aangezien bewustwording iets is waar ik dagelijks aan werk en tevens ook mee worstel is het fijn dat ik een duidelijk afgebakende taak lever op dit gebied.

Fijne spullen. Als cyber-hippie heb ik gebruiksvoorwerpen. Als iemand die zich bewust bezig houdt met het behouden en/of verlagen van mijn ecologische voetafdruk vind ik het soms wel lastig dat ik een gamer en gadgetfreak ben. Gelukkig lukt het mij redelijk om spullen die ik koop daadwerkelijk ook te gebruiken.

Mijn materialisme stoort me soms wel eens. Inmiddels is het niet meer iets waar ik mee zit. Van sommige zaken kun je gewoon heel vrolijk worden als je ze eenmaal bezit. Van anderen word je nog vrolijker als je ze gebruikt. Ik heb gewoonlijk zorgvuldig gekozen voor de apparaten die ik heb.

Als geld filosoof moet ik tevens ook erkennen dat ik leuke dingen kan doen met het geld dat mij ‘gegeven’ is in het leven. Ondanks mijn lage inkomen ben ik goed in staat om leuke ervaringen op te doen, onder andere omdat ik goed ben in sparen.

Een andere reden dat het goed met mij gaat, is de dagelijkse gang van zaken. Over het algemeen gaat het opstaan goed, is mijn zelfverzorging tamelijk in orde en leer ik nog steeds nieuwe dingen, bijvoorbeeld bij het koken.

Het is dus een combinatie van ‘gebrek aan negatieve vrijheden’ en enkele ‘positieve vrijheden’ die mijn leven heel goed maken. Op de stress na, is er ook lastig een volgorde in te maken.

Zoals ik weleens in een ander stuk heb geschreven, voelt het alsof er een tijdperk gaat komen waarin de wereld mij veel biedt en dat ik de wereld nog veel te bieden kan gaan hebben.